Jette Spiegel richting kerk simulatie

Smet: 'Een stad voor mensen (niet voor auto's)'

© Brussel Deze Week
10/11/2015

Enkele criticasters vonden vorige week dat de stad te ongezond is om in te leven en dat ze er bovendien niet uitziet. Minister van Openbare Ruimte Pascal Smet (SP.A) dient hen van antwoord. “De afbraak van het Reyersviaduct en het autovrij maken van de centrale lanen zijn nog maar het startschot in een brede beweging waar we de stad teruggeven aan de mensen.”

Drie open brieven op één week tijd van Brusselaars die aan de alarmbel trekken. Drie keer een oproep dat het niet vijf voor, maar vijf na twaalf is voor de stad. Eén rode draad: het gaat niet goed met Brussel; waarom zouden we nog in deze stad wonen?

Een groep medici en gezondheidsorganisaties maakt zich terecht ernstige zorgen over de povere luchtkwaliteit in ons gewest. Expat Gareth Harding ergert zich aan de langdurige en rommelige werven in de Brussel – een schandvlek voor de stad die zich hoofdstad van Europa wil noemen. En publiciste Celia Ledoux, jarenlang smoorverliefd op Brussel, maakt het uit omdat de vele dromen en beloftes nooit uitkomen en deze stad geen verantwoorde plek is om kinderen zorgeloos in groot te laten worden.

Alle drie de brieven steken, want ik weet dat ze geen hersenspinsels zijn van verzuurde klagers of bittere betweters. Dit komt van mensen die het goed voorhebben met onze stad. Mensen die terecht vinden dat het geen utopie is om naar propere lucht, mooie pleinen, veilige straten en meer stadsgroen te verlangen. Mensen die zich ergeren in een stad waar zoveel politici bevoegd zijn, maar weinigen verantwoordelijk lijken.

Betonnen stadskankers
Brussel torst niet alleen haar complexe structuur, maar ook het gewicht van een verleden waarin de auto vrije baan kreeg. Een echte city for cars met dagelijkse files, volle tunnels, door roet aangetaste gevels en luchtkwaliteit equivalent aan een pakje sigaretten per dag.

Sta mij echter toe optimistisch te zijn. Dat is, zeker als politicus in deze stad, mijn moral duty, maar wacht even met het naïef te noemen. Ik zie dat er sinds kort iets in Brussel bloeit. Er is een nieuwe generatie Brusselaars – waaronder de briefschrijvers – met een hart en bezorgdheid voor de stad. Geëngageerde mensen die via kleine en grote ingrepen de stad leefbaarder willen maken. Met mooie openbare ruimtes die alle plaats geven aan fietsers, voetgangers en het jong ketjes-geweld dat Brussel rijk is.

En hoewel een aantal fundamentele factoren elders moeten aangepakt worden (de subsidiëring van 250.000 pendelaars die alleen in hun auto dagelijks de stad in, door en uittrekken, het stimuleren van wonen op het platteland en besparingen in openbaar vervoer buiten Brussel), moeten we eerst in eigen boezem kijken. En dat wil ik doen: betonnen stadskankers die wijken opdelen en voorrang geven aan auto’s moeten eruit. Het ter ziele gegane Reyersviaduct en het autovrijmaken van de centrale lanen zijn voor mij nog maar het startschot in een brede beweging waar we de stad teruggeven aan de mensen en investeren in nieuwe publieke ruimte. Een park bij de Ninoofsepoort en een autovrij Spiegel- en Dumontplein zijn de volgende projecten.

Zonder kopzorgen
Maar het moet meer zijn dan dat. De komende tien jaar investeren we meer dan 5 miljard voor meer metro, meer tram en properdere bussen die de wijken beter zullen bedienen. Gezinnen zullen bovendien vanaf volgend jaar profiteren van een verlaging van het schoolabonnement, zodat nog meer kinderen de bus nemen.

En binnenkort wordt Gareth Harding uitgenodigd in het Schumanstation en Kunst-Wet, want die werven worden versneld – en ja eindelijk – afgerond. Verder leggen we 80 (!) kilometer nieuw fietspad aan, onder andere rond de Kleine Ring waar geparkeerde auto’s plaats maken voor bomen, fietsers en wandelaars.

En tot slot is het de ambitie van deze regering om een ambitieuze groene verkeersfiscaliteit uit te werken tegen volgend jaar. Dat zijn geen loze beloftes, maar concrete projecten die de komende jaren gerealiseerd zullen worden.

De marsrichting naar een ander, meer leefbaar Brussel, is ingezet. Daar geloof ik echt in. Ik hoop dat Celia opnieuw verliefd wordt, dat Gareth trots wordt op zijn gaststad en dat we onze kinderen zonder kopzorgen kunnen laten rondcrossen. Van stad voor auto’s, naar stad voor mensen.

pascal smet

Pascal Smet,
Minister van Openbare Werken (SP.A)

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Opinie

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni