De eerste werkdag voor Ann Van Driessche van Muntpunt

Jean-Marie Binst
© Brussel Deze Week
01/03/2012
Tijdens het EU-voorzitterschap van België was zij communicatiestratege van premier Verhofstadt. Op 1 maart begint Ann Van Driessche als directeur bij Muntpunt, de samensmelting van de Hoofdstedelijke Openbare Bibliotheek (HOB) en Onthaal en Promotie Brussel (OPB). De hamvraag is: wat drijft deze vrouw om met de glimlach het beeld van Brussel in Vlaanderen te willen bijsturen?

D e lait russe die ik bestelde, is al op als Ann Van Driessche in Café de l'Opéra op het troosteloze Muntplein aanspoelt. Aan de overkant verrijst Muntpunt - het pand van de voormalige bibliotheek - uit de steigers. Met haar kus als verwelkoming krijgt de druilerige dag plots zonlicht. "Voor mij een koffie verkeerd," bestelt ze. "Maak er twee van," haak ik snel in, verwonderd om haar identieke voorkeur. En ik apprecieer dat de ober mijn Brusselse lait russe van daarnet zonder vertaalrobot associeert met de koffie verkeerd van nu.

"Sinds ik twee jaar terug bij de Hallepoort kwam wonen," zegt Van Driessche, "ben ik keer op keer aangenaam verrast dat zoveel mensen in Brussel Nederlands verstaan. Ik daag iedereen uit om op zondag op de Zuidmarkt inkopen te doen: alles lukt in het Nederlands."

Van Driessche spreekt bevlogen over Brussel - geen schijn van complex over 'Vlaming, tweederangsburger'. Ze gooit meteen haar verkoopsproduct op tafel: "Mijn eerste bezorgdheid gaat naar de opening van Muntpunt. De oplevering van het gebouw heeft vertraging opgelopen door onvoorziene dak-, stabiliteits- en asbestproblemen. We organiseren op 9 maart de 'plechtige opening van de eerste boekenkast' met een werfbezoek. Tegen de bouwvakantie moet de ruwbouw af zijn, dan volgt de binneninrichting."

Bij uw aanstelling, vlak voor de kerst, noemde u Muntpunt een belevenisbibliotheek en communicatiehuis. Mag ik me daarbij een knuffelhoek voorstellen?
Ann Van Driessche: "(lacht) De moderne term belevenisbibliotheek gaat over de tendens in het bibliotheekwezen om op een actievere manier 'vraaggericht' te zijn, eerder dan 'aanbodgestuurd'. Het geïndividualiseerde parcours primeert vandaag op een groot aanbod aan boeken en dvd's. Muntpunt moet een groot communicatiehuis zijn, en een rustpunt voor alle bezoekers, ook binnen- en buitenlandse toeristen. Enerzijds moet het een plek worden waar iedereen graag samenkomt, anderzijds waar actoren die in Brussel het Nederlandstalige aanbod verzorgen, verbindingen leggen. En later - veel later - kunnen we ook anderen bij Muntpunt betrekken, zoals andere gemeenschappen of federale instellingen die voor een deel ook in het Nederlands actief zijn. Het aanbod voor Nederlandstaligen en -sprekenden is heel breed in Brussel."

Hebben we in deze digitale tijden nog wel fysiek grote huizen nodig?
Van Driessche: "In een grootstad waar mensen zich in gesloten groepen van familie, kennissen en werk bewegen, is er meer behoefte aan een contactadres voor ontmoetingen dan in landelijke gemeenten. Daar drijft de gemeenschap makkelijker op contacten op straat, bij de bakker en de bank. We willen van Muntpunt niet louter de grootste en belangrijkste bibliotheek van het gewest maken, maar ook een kloppend hart. Je zult er kunnen 'afspreken' onder mensen. Met evenementenruimtes voor lezingen of debatten. Er komt een auditorium voor film, muziek en boekvoorstellingen. Er komt een café. Er zullen duohoekjes zijn om te praten - je zult me de volgende keer gerust daar kunnen interviewen in plaats van in L'Opéra. We willen alle activiteiten van de vroegere bibliotheek herintroduceren en versterken. Het mag geen plaats worden waar je gewoon een cd of boek komt lenen, je moet er vooral meer duiding rond krijgen. De digitalisering met e-books en andere is erbij gekomen, maar het is niet omdat dat allemaal bestaat, dat je ook weet wat je best zou lezen. Vandaar ook een 'stadsstudiezaal' met meer dan honderd pc's, voor iedereen."

Gezellig, zo'n plek voor iedereen, maar wie is 'iedereen' in Brussel?
Van Driessche: "Ik heb lang in Ninove gewoond, maar ik werkte wel altijd in een grote stad: Hasselt, Gent, Antwerpen, Brussel... - steden die wel wat verschillen. Hasselt is een open en vriendelijke stad waar de mensen elkaar kennen. Deels kom je dat ook tegen in die andere Vlaamse steden. Vermoedelijk is dat doordat iedereen er dezelfde taal spreekt. Daardoor vallen veel barrières weg. Sinds ik in Sint-Gillis woon, ervaar ik Brussel heel anders dan toen ik hier werkte of ging winkelen. Als pendelaar beleef je de hoofdstad niet ten volle, omdat het gewoon een tijdelijke werk- en leefomgeving is. Met tram 3 of 4 van de Hallepoort tot De Brouckère ervaar ik nu 's ochtends een andere wereld - soms kan ik de talen die in de tram gesproken worden, niet eens plaatsen. Dat is precies het fijne aan die rit. Precies daarom kan Muntpunt een ontmoetingsplaats zijn voor Nederlandstaligen en voor mensen die geïnteresseerd zijn in de Nederlandstalige cultuur. Anderstaligen die naar onze cultuur kijken, moeten zich er welkom voelen. Het is onze bedoeling om in het Nederlands, Frans en Engels te communiceren."

"Vergeet niet dat het Nederlands boomt in Brussel; alles hangt af van hoe je 'de Nederlandstalige gemeenschap' berekent. Er komen almaar meer mensen in de stad wonen, en het Nederlandstalig onderwijs kan de vraag niet bijbenen. Het betekent dat er heel veel mensen bijkomen die mee de Nederlandstalige cultuur consumeren. Ook voor hen is Muntpunt bedoeld."

De communicatie die u voert, moet wel een breed draagvlak hebben.
Van Driessche: "Dat wordt onze grootste uitdaging, want er zijn veel partijen bezig met communicatie. Hoe gaan we met alle partners in Brussel duidelijk maken dat Muntpunt in feite de kers op de taart is? Muntpunt wil op geen enkele manier in de plaats treden van wie ook, maar zal proberen een samenwerking te realiseren waarbij één plus één meer is dan twee. Dat betekent dat we duidelijk moeten bekijken wat er aanwezig is. Mensen, en zeker overheidsdiensten, formuleren een aanbod en een beleid. Daar is niets mis mee, integendeel, maar wat vaak ontbreekt, is de inbreng van de consument. Ik hoop met Muntpunt ideeën te kunnen matchen die bij de gebruiker en bij de aanbieder leven."

"We hebben allemaal klanten die we beter moeten leren kennen. U wilt uw lezers leren kennen, mijn drive is om met Muntpunt alle aanbieders bij elkaar te brengen en voor te stellen om al ons werk samen te doen."

Concreet en praktisch: zou de webstek van Muntpunt meteen een link geven naar onze bdw.be en naar onze Agenda? Of droom ik nu hardop?
Van Driessche: "Dat idee zou absoluut beantwoorden aan de opdracht die Muntpunt wil vervullen. Het ideaal is dat we onder Vlamingen alles bij elkaar leggen en er een groter geheel van bouwen. En wat me nu te binnen schiet, is dat we het eens moeten geraken om dezelfde technologie en logica te gebruiken. We bouwen allemaal met onze blokjes mooie huizen, maar de ene doet het met Lego en de ander met houten blokken. Het is belangrijk dat we een samenwerking beogen met als enige focus: datzelfde grote doelpubliek. Vertrekkend van dat publiek kunnen we dan makkelijker aflijnen wat Muntpunt doet, en wat de culturele huizen, universiteiten en hogescholen, Brussel Deze Week,... doen. Het is een beetje zoals ik deze week op Twitter las: 'Wij moeten van Ego naar Lego' - met 'Lego' voor samenwerken, stapelen, verbinden, met elkaars bouwstenen iets creëren. Ik heb natuurlijk geen pasklaar antwoord op de vraag waar we met Brussel naartoe willen. Wie weet het wel? Wat we wel kunnen bekijken, is welke extra troeven ons gezamenlijke werk kan krijgen als we er een extra kers op zetten."

Dan zult u zich moeten opstellen als één vragende partij, terwijl de spelers inzake toerisme, media, onderwijs enzovoorts heel verscheiden denkpatronen hebben over wat ze doen in en met de stad. Bovendien sukkelen velen met geldgebrek om hun werk (nog) beter te doen.
Van Driessche: "Ik ben me goed bewust van de situatie en het werkklimaat. Maar ik heb het geloof - al mag het een droom lijken - dat we samen heel sterk staan in deze stad. Ik werkte tot gisteren met meer dan duizend scholen (voor het gemeenschapsonderwijs, red.), elk met een eigen identiteit. Ik hoefde niets anders te doen dan zoeken naar wat al die scholen met elkaar verbindt. Je moet blijven kijken naar de doelstellingen. Als iedereen de neuzen in dezelfde richting zet, en kijkt wat we allemaal zeker willen bereiken, dan zijn we al bezig met samenwerking en geraken we vooruit. De volgende stap is: hoe breng je dat in de praktijk? Pas dan stuit je op alle moeilijkheden en verschillende visies. Ik erken het probleem: ik heb geen zak vol geld om naar alle actoren te stappen. Ik kan enkel een open vraag stellen: kunnen we samenwerken om één droom te realiseren, 'Brussel meer en beter op de kaart zetten'?"

Nog even een flashback naar uw werkervaring bij Noël Slangen en Guy Verhofstadt. Compromissen sluiten: kan dat ook binnen het cultuurlandschap?
Van Driessche : "Mijn werkervaring uit die periode leerde me te kijken naar Belgen met een andere cultuur. De Vlaamse verschilt duidelijk van de Franstalige; de eerste is meer taakgericht, de tweede meer mensgericht. Een compromis - al wordt dat woord vandaag wat negatief benaderd - gaat niet over 'Dat mag niet van u', dus dat moet eruit, en 'Dit mag niet van mij.' Het gaat veeleer over uw mening naast mijn visie, en hoe maken we hier samen iets beters van?"

"Wel hebben we onze samenleving ongelooflijk complex gemaakt, wat het moeilijker maakt om beslissingen te nemen. Al wat je bedenkt, komt meteen in aanvaring met wat al beslist is. Het wordt dus continu navigeren om ergens te geraken. Neem nu de Elfstedentocht: die zal volgens mij nooit meer plaatsvinden. Niet om het ijs, maar om de regelgeving en de aansprakelijkheden. Welke wethouder zal nog durven te beslissen een Elfstedentocht te laten doorgaan? Al onze regels zijn barrières geworden in plaats van hulpmiddelen. Laten we dus eerst weer helder kijken naar ons doel."

Wie is Ann Van Driessche?

Ann Van Driessche (1960) studeerde geschiedenis (Vrije Universiteit Brussel), behaalde een postgraduaat marketing (Vlaamse Economische Hogeschool) en werkte voor de Vlaamse Gemeenschap rond monumentenzorg en archeologisch patrimonium, en op de administratie voor Informatica en Wetenschap & Innovatie.

In 1999 coördineerde ze de Vlaamse aanwezigheid op de wereldtentoonstelling van Hannover 2000. Van 1999 tot 2003 was ze communicatiestratege op het kabinet van eerste minister Guy Verhofstadt (Open VLD), waarvan in 1999-2001 als project­manager van het reclamebureau Slangen & Partners. Van 2003 tot 2006 werkte ze als communicatiehoofd en woordvoerster van het Universitair Ziekenhuis Antwerpen (UZA). Van juni 2006 tot februari 2011 werkte ze als communicatiehoofd en woordvoerster bij het GO!-onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Brussel-Stad , Cultuurnieuws

Lees ook

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni