Traminfrastructuur moet veiliger voor voetgangers

Het hoofdstedelijke tramnet is niet uitzonderlijk gevaarlijk voor voetgangers, maar aan de infrastructuur schort op sommige plaatsen nog wat. Dat blijkt uit een analyse van de ongevallen tussen trams en voetgangers door het Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid (BIVV). Het BIVV identificeerde ook verschillende zwarte punten op het tramnet.

De analisten keken naar de gegevens van 2004, 2005 en 2006. Toen deden zich 147 ongevallen voor, waarbij twee doden, twaalf zwaargewonden en tachtig lichtgewonden vielen. Die verhouding is volgens de onderzoekers vergelijkbaar met het tramnet in Franse steden.

Uit de ongevallenkaart van het BIVV blijkt dat de gevaarlijkste plekken de Lambermontlaan, de Wahislaan, de Zuidlaan, de Fonsnylaan, de Koninginnelaan en de Stefaniastraat zijn. Opvallend: meer dan driekwart van de ongevallen gebeurde bij eigen beddingen, overrijdbare beddingen en in tunnels. Bij bijna veertig procent van de ongevallen speelde het gedrag van de voetganger (die bijvoorbeeld aan het telefoneren was) een belangrijke rol. Het rijgedrag van de chauffeurs werd bij gebrek aan gegevens niet onderzocht.

De onderzoekers doen een aantal veiligheidsaanbevelingen op het vlak van infrastructuur: extra wacht­zones voor voetgangers, meer specifieke trammarkeringen, en voetgangerslichten aan oversteekplaatsen. De chauffeurs van hun kant moeten vaker hun claxon gebruiken en hun snelheid matigen.

De MIVB heeft kennis genomen van de studie en zegt blijvende inspanningen te leveren om ongevallen te voorkomen.