Parkeerbeleidsplan harmoniseert tarieven

Eric Vancoppenolle
© brusselnieuws.be
24/12/2012
De Brusselse regering heeft het parkeerbeleidsplan goedgekeurd, dat de parkeerregels in het hele gewest harmoniseert. De duurste zones zullen voortaan 2 euro per uur kosten voor bezoekers, veel minder dan in vergelijkbare steden.

Het plan wil de parkeerregels in het hele gewest harmoniseren en vereenvoudigen. Dat gebeurt op drie manieren: een harmonisering van de tarieven, van het type parkeerzones en van de voorwaarden voor vrijstellingskaarten.

Vier gereglementeerde zones
Er komen vier gereglementeerde zones, elk met een eigen bestemming:
- rode zone: drukke handels- en dienstenwijken
- oranje zone: handelswijken met vooral plaatselijke aantrekkelijkheidsfactor
- groene zone: toegepast in alle andere wijken waar de parkeervraag moet worden gereguleerd
- blauwe zone: wijken zonder specifieke verkeersdruk maar waar rotatie van belang is

(Lees verder onder de grafiek)

De parkeerduur in de rode, oranje en blauwe zones wordt beperkt tot twee uur. In de groene zones geldt geen tijdslimiet. In een rode zone betaalt men het eerste uur 2 euro, in een oranje en groene zone 1 euro. Parkeren binnen de blauwe zone is gratis binnen de toegelaten parkeerduur van de parkeerschijf.

Ook de tarieven voor de bewonerskaarten worden eenvormig. De eerste bewonerskaart binnen een gezin kost 5 euro, een tweede 50 euro. Wil een gemeente meer bewonerskaarten toelaten, dan kan dat maar dat moet dan gemotiveerd worden. Vanaf een derde bewonerskaart per gezin bedraagt de prijs 200 euro.

85 procent van de opbrengsten gaat naar gemeenten
Volgens minister van Verkeer Brigitte Grouwels (CD&V) liggen de tarieven in Brussel aan de lage kant, zowel in vergelijking met andere steden in België als in vergelijking met steden als Lyon, Amsterdam of Genève.

(lees verder onder de grafieken)

Van de netto-opbrengsten van de parkeertegoeden gaat 15 procent naar het Gewestelijk Parkeeragentschap en 85 procent naar de gemeenten. Het is de bedoeling dat de gemeenten de opbrengsten herinvesteren in een betere leefomgeving. Let wel: het gaat om een moreel engagement van de gemeenten ten aanzien van de Brusselse regering, niet om een wettelijke verplichting. De opbrengsten voor het gewest worden door het Gewestelijk Parkeeragentschap geherinvesteerd in het parkeerbeleid.

Minder bovengronds, evenredige stijging ondergronds
Om exact te weten hoeveel parkeerplaatsen er momenteel zijn in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, laat minister Grouwels in 2013 een gedetailleerde telling uitvoeren van het aantal parkeerplaatsen dat zich zowel op als buiten de openbare weg bevindt. Maar de grondfilosofie staat vast: het aantal parkeerplaatsen op de openbare weg moet dalen. Die daling gaat weliswaar gepaard met een evenredige stijging van het aantal parkeerplaatsen buiten de openbare weg. Daarvoor komen er nieuwe buurtparkings.

Voorts worden de regels voor de aanleg van bewonersparkings bij nieuwbouw versoepeld. Ten slotte worden bedrijfsparkeerplaatsen toegankelijk gemaakt voor buurtbewoners.

Het plan houdt ook rekening met de parkeernoden van fietsers, motorrijders, taxi's, vracht- en bestelwagens en bussen.

Belangrijk is dat het Gewestelijk Parkeerbeleidsplan een zogenaamd dwingend kaderplan wordt: de 19 Brusselse gemeenten moeten dat plan vertalen naar hun specifieke situatie op het terrein.

Het komt toe aan de gemeenten om op hun grondgebied de gereglementeerde zones vast te leggen. De gemeenten delen ook de parkeerkaarten uit. Maar het gewestelijk parkeerbeleidsplan legt de regels vast volgens dewelke de gemeenten dat gaan doen.

Pas binnen acht maanden in voege
Het duurt nog een tijdje eer het parkeerbeleidsplan in voege treedt. Minstens acht maanden om precies te zijn. Het openbaar onderzoek, waarbij de burgers hun mening kwijt kunnen over het plan, start op 21 januari en duurt twee maanden. Daarna krijgen de gemeenten twee maanden de tijd om hun opmerkingen te formuleren. De Brusselse regering moet binnen een termijn van 8 maanden te rekenen vanaf 21 januari het Parkeerbeleidsplan in tweede lezing goedkeuren. Pas dan wordt het officieel van kracht.

De gemeenten moeten dan zelf een gemeentelijk parkeerbeleidsplan opstellen, met opnieuw een openbaar onderzoek dat een jaar duurt. De Brusselse regering kan die gemeentelijke parkeerplannen wijzigen of kan zelfs in de plaats van de gemeenten een plan opstellen.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Samenleving, Politiek

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni