'Maak van de Citroëngarage een mobiliteitshub'

© Brussel Deze Week
09/07/2014

Marcel Rijdams haalde onlangs in Brussel Deze Week tien argumenten aan waarom het Museum Aan het Kanaal eerder thuishoort aan de Ninoofsepoort dan in de Citroëngarage. Ingenieur-architect Jo Huygh voegt daar nog een elfde argument aan toe: de Citroëngarage moet een mobiliteitshub worden.

Over de plek waar het museum thuishoort wil ik het niet hebben, en zeker niet over de evidentie dat het er dient te komen. Er is echter een elfde argument dat had kunnen toegevoegd worden aan de argumentatie van Marcel Rijdams. Niet zozeer om aan te tonen dat de Ninoofsepoort een betere plek is dan het IJzerplein, wel om na te denken over de toekomst van de talloze industriële panden die de kanaalzone rijk is.

De Citroëngarage, met haar indrukwekkende showroom, haar met licht overgoten werkplaatsen en overvloedig gebruik van staal en glas, is een prachtig staaltje van functionele architectuur uit het interbellum. Het is een gebouw met een grote belevingswaarde voor voorbijgangers, maar ook voor de gebruikers, zij die er ooit een aankoop hebben gedaan, er hun auto hebben laten onderhouden, of er gewoonweg hun job hebben uitgeoefend. Toegegeven, tijdens de eerste editie van het Brussels Light Festival eind vorig jaar wierp een olifant in het atelier van de garage al een ander licht op wat een mogelijk toekomstig gebruik van de ruimtes zou kunnen worden. En toch begint daar het schoentje te wringen.

Synergieën
Heel wat productieve, logistieke, artisanale en semi-industriële activiteiten hebben sinds jaren hun vertrouwde stek in de kanaalzone verlaten. Of om het anders te stellen: een belangrijk deel van de economische activiteit, die de stad draagt en ondersteunt, is uit het centrum vertrokken met heel wat leegstaande industriële panden tot gevolg en sporadisch ook braakliggende terreinen.

Daar waar in het verleden heel wat van die panden, soms vele jaren, leeg bleven staan, krijgen ze sinds een aantal jaren nieuwe bestemmingen: appartementen, gezinswoningen, studentenhuisvesting, atelierruimtes, creatieve beroepen, horeca,…. Deze evolutie kan alleen maar worden toegejuicht.

Mobiliteitsproblemen zijn de belangrijkste reden voor de meeste bedrijven die uit Brussel wegtrekken of dit overwegen. Problemen om de werknemers op tijd op het werk te krijgen, problemen om de grondstoffen aangeleverd te krijgen op normale tijdstippen, problemen om de klanten tijdig te bedienen, kortom heel wat praktische bezwaren die een stedelijke reflex onderdrukken.

De paradox is daar: terwijl bedrijven de stad in toenemende mate verlaten, houdt de stad zelf niet op met aan te groeien in bewonersaantal. De demografische ontwikkeling van Brussel vergroot de vraag naar residentiële ontwikkeling, en maakt dat er meer werkkrachten en consumenten zullen wonen in een stedelijke context waar de ontwarring van de mobiliteitsknoop nog niet voor morgen lijkt te zijn.

Toch biedt deze complexe situatie ook mogelijkheden en kan ze een stimulans zijn voor de creatieve zoektocht naar stedelijke verdichting, door niet alleen wonen en werken, maar ook productie en consumptie beter op elkaar af te stemmen. Het idee van de korte keten dus, bijkomend te versterken door synergieën tussen naburige bedrijven en verwante activiteiten op te zoeken en te optimaliseren. De mobiliteit wordt geminimaliseerd door functies op wandelafstand van elkaar te leggen zodat het gebruik van vervoersmiddelen wordt teruggeschroefd.

Productieve dynamiek
De stad van de toekomst zal groener zijn, toegankelijker ook, maar bovenal ook productiever dan de stad die we vandaag kennen. En waar kunnen deze stedelijke productieve activiteiten beter worden gehuisvest dan in de bestaande industriële infrastructuren die speciaal daarvoor ontworpen werden? Deze gebouwen beschikken over grote oppervlaktes, zijn bestand tegen grote overlasten en uitgerust met de nodige logistieke toegangen.

Uiteraard zullen nieuwe technieken, waarvan vele reeds voorhanden zijn, en nieuwe architecturale modellen moeten worden getoetst om dit stedelijk model uit te werken. Daarnaast wordt de samenwerking tussen stakeholders, waaronder bedrijven en bewoners, een cruciaal element voor het welslagen in een context waar het wijkniveau opnieuw een centrale rol krijgt, zonder voorbij te gaan aan de onvermijdelijke mondialisering.

Op een aantal authentieke plekken in de stad is de productieve dynamiek nooit verdwenen. Abattoir in de wijk Kuregem is een mooi voorbeeld, met economische activiteiten sinds het einde van de negentiende eeuw, die gelukkig gered werden van de verdwijning in de jaren 1980. Productieve voedingsactiviteiten krijgen er vandaag nieuwe, eigentijdse groeikansen om vorm te geven aan de stad van de toekomst. Het socio-economisch belang hiervan kan niet voldoende worden onderstreept.

Kruispunt
En zo komen we opnieuw bij de Citroëngarage, een industrieel gebouw op een symbolische plek, vlakbij het Saincteletteplein boven het Kanaal, als een toegangspoort tot het centrum van de stad.

De keuze voor een museum in dit aantrekkelijk gebouw is begrijpelijk. De keuze om de bestaande activiteit te laten vertrekken is dit minder.

Dat wil niet zeggen dat de garagefunctie absoluut behouden dient te worden; het gebruik van de auto wordt immers afgebouwd. De functie van dit emblematische gebouw kan verderleven in de uitbouw van een economisch platform voor de vervoersmiddelen die de stad van de toekomst zullen ontsluiten. Een kruispunt van openbare vervoersmiddelen (kanaal, metro, bus) versterkt de positie van het platform.

Volledig in de lijn van haar geschiedenis en architectuur wordt de Citroëngarage een hub voor verkoop, onderhoud en herstelling van alles wat met mobiliteit te maken, gelegen op wandelafstand voor de bewoners van het centrum van de stad.

Misschien moet dit industrieel gebouw gewoon een industrieel gebouw blijven?

Jo Huygh, Ingenieur-architect, Brussel

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Opinie

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni