Woonbeleid: ‘Veel geld, maar weinig resultaat’

Ondanks een historisch hoog budget slaagt de Brusselse regering er niet in om de wooncrisis in het gewest te beheersen. Dat is de conclusie van de Brusselse Bond voor het Recht op Wonen (BBRoW) in haar woonbarometer.

De regering heeft de afgelopen legislatuur wel inspanningen geleverd, aldus de barometer. De BBRoW verwijst onder meer naar de renovatie van sociale woningen, de nieuwe Huisvestingscode en de beperkte huurtoelage voor gezinnen die wachten op een sociale woningen.

Maar effectieve vooruitgang laat echter op zich wachten. “Het duurt verschrikkelijk lang eer het regeringswerk effectief iets oplevert”, klinkt het bij de Bond. “De Brusselse regering heeft in het Gewestelijk Plan voor Huisvesting middelen opzij gezet voor 3.500 sociale woningen, maar tien jaar later zijn er nog maar 1.500 gerealiseerd.”

De BBRoW verwijst ook naar de regeringsdoelstelling om tegen 2020 in elke gemeente minstens 15 procent woningen van sociale aard te voorzien. “Op het terrein botst dat op veel onwil van de gemeenten”, klinkt het. “Die vinden dat ze al voldoende inspanningen hebben geleverd en zien liever middelgrote of private woningen komen, versta: inwoners met een hoger inkomen.”

Conclusie van de Bond: het budget voor wonen is nog nooit zo groot geweest, en toch schiet het woonbeleid tekort om de huisvestingscrisis aan te pakken. Daarom zal de regering radicale keuzes moeten maken, klinkt het. “Overheidsterreinen moeten gebruikt worden om betaalbare openbare woningen te bouwen. En er moet werk worden gemaakt van een objectieve en dwingende controle van de huurprijzen op de privémarkt, gekoppeld aan een algemene huurtoelage voor huurders met een laag inkomen. “