‘Vlaanderen en Wallonië moeten meebetalen voor Brusselse mobiliteit’

Vlaanderen en Wallonië moeten ook inspanningen leveren voor de mobiliteit in Brussel, inclusief de tunnels. Dat zegt de Gentse professor Johan De Mol. Alle gewesten zouden ook kunnen bijdragen om het langverwachte GEN eindelijk te voltooien.

Heel wat Brusselse autotunnels zijn aan een grondige renovatie toe. Het totale kostenplaatje zou oplopen tot meer dan 500 miljoen euro. Het is onduidelijk of Brussel dat alleen kan dragen, maar de andere gewesten hebben al laten weten dat ze niet willen bijspringen. Onterecht volgens Johan De Mol van het Instituut voor Duurzame Mobiliteit aan de Universiteit Gent.

“Brussel mag zogezegd geen geld krijgen, maar daar gaat het niet om”, zegt De Mol. “Vlaamse en Waalse pendelaars maken dagelijks gebruik van de Brusselse infrastructuur en zorgen voor overlast. Het is niet meer dan normaal dat ze minstens het mobiliteitsgedrag van hun inwoners verduurzamen of financieel bijdragen.”

Los daarvan moet ook worden nagedacht over de toekomst. “We moeten goed nadenken welke tunnels echt nodig zijn, en welke we kunnen sluiten. Het moet de bedoeling zijn om zoveel mogelijk doorgaand verkeer te weren uit de stad. Als we investeren in alternatieven kunnen sommige tunnels over tien jaar inderdaad dicht.”

GEN
Vlaanderen en Wallonië kunnen ook op andere manieren meewerken aan het oplossen van de verkeersknoop die ze zelf mee veroorzaken. Door de aanleg van pendelparkings bij stations/eindpunten metro bijvoorbeeld. Voorwaarde is wel dat het langverwachte Gewestelijk Expresnet (GEN) eindelijk wordt afgewerkt.

“Ook daar kunnen de gewesten bijdragen, nu de financiering niet rond geraakt”, zegt De Mol. “Want door de besparingen die de federale regering bijkomend oplegt, worden deze investeringen nog verder in de tijd verschoven. Terwijl er al bijna 30 jaar over het GEN gesproken wordt.”

‘Brussels mobiliteitsbeleid is voorbeeld’
De andere gewesten kunnen Brussel nalatigheid verwijten als het over de tunnels gaat, maar kunnen nog iets leren van Brussel als het gaat over mobiliteit en dan vooral openbaar vervoer, meent de professor.

“De MIVB is in ons land het te volgen voorbeeld”, zegt De Mol. “Zeker als het gaat over capaciteitsuitbreiding. In Gent is op tien jaar tijd, tussen 2003 en 2103, 300 meter tramspoor aangelegd en dat ging dan om een omleiding.”

Politieke wil
Maar ook andere spelers kunnen een rol spelen in een succesvol mobiliteitsbeleid. “Mobiliteit is niet alleen een zaak van de overheid. Bedrijven kunnen werk maken van een mobiliteitsbeleid. Electrabel beloont bijvoorbeeld werknemers die met het openbaar vervoer komen. Zo kunnen ze besparen op parkeerruimte. Ook ministeries en administraties zouden dit kunnen doen.”

Ook de herziening van het fiscaal regime voor bedrijfswagens en de invoering van een stadstol of kilometerheffing kunnen bijdragen tot de oplossing. “Het voordeel van de tunnelcrisis is dat we gedwongen worden om na te denken. Al jarenlang is er immers een gebrek aan politieke wil en durf om beslissingen te nemen die raken aan de auto.”