Vier keer meer armen in Brussel dan in Vlaanderen

Nergens in ons land is de armoede zo groot als in Brussel. Dat blijkt uit het nieuwe Jaarboek Armoede in België. 34 procent leeft onder de armoedegrens, tegenover 9 procent in Vlaanderen. In Brussel kan bijna de helft van de kinderen niet met vakantie wegens geldgebrek.

Nergens leven er meer mensen onder de armoedegrens dan in Brussel. Zo staat te lezen in het Jaarboek Armoede in België dat vandaag wordt voorgesteld. De armoedegraad ligt in Brussel op 34 procent, terwijl dat 19 procent is voor Wallonië en 9 procent voor Vlaanderen. Daardoor woont 63 procent van de Belgische armen in Brussel of Wallonië.

Jongeren en eenoudergezinnen zijn extra kwetsbaar in Brussel. Bij de jongeren is 31 procent werkloos. 14 procent van de huishoudens bestaat uit één persoon met kinderen.

Vooral als het gezinshoofd een vrouw is, verzeilt een gezin gemakkelijk in armoede: in 80 procent van de arme eenoudergezinnen gaat het om een alleenstaande vrouw met kinderen.

Dat alles maakt dat er ook heel wat kinderen in armoede opgroeien. Zo woont in Brussel meer dan 40 procent van de kinderen onder de vijftien jaar in een gezin waar er geen geld is om een week per jaar op vakantie te kunnen of om versleten meubels te vervangen. Bij meer dan 20 procent kan er geen auto gekocht worden, en bij meer dan tien procent is er geen geld voor voldoende kledij, verwarming en activiteiten met vrienden.

"De hoge kinderarmoede in Brussel is het allergrootste probleem", zegt onderzoeker Jan Vrancken daarover in De Standaard. "Ze komen in een negatieve spiraal terecht en zullen de armoede later doorgeven aan hun eigen kinderen. Dat legt een zware hypotheek op de volgende generaties in Brussel."

Armoedeplan
De Block heeft daarom een nationaal kinderarmoedeplan opgesteld, het eerste in zijn soort. Daarbij staan crèches en scholen centraal. Zij kunnen armoede detecteren en de betrokkenen naar de gepaste instanties helpen doorverwijzen.

Het plan moet ook een instrument zijn om met kinderen te lezen en te praten over armoede. Een aangepaste versie van het plan zal daarom via de scholen verspreid worden.

Voor een algemenere aanpak van de armoede verwijst De Block naar het Federaal Plan Armoede uit 2012, waarvan volgens de staatssecretaris al twee derde van de beloofde maatregelen volledig uitgevoerd is.