Magistraten handhaven klacht tegen splitsing B-H-V

De Brusselse Nederlandstalige magistraten en advocaten blijven bij hun verzet tegen de regeling voor de splitsing van het gerechtelijk arrondissement Brussel-Halle-Vilvoorde. Ook nu de federale regering een nieuwe taalverdeling onderhandelde. Ze handhaven hun klachten bij het Grondwettelijk Hof.

Het nieuwe gerechtelijke arrondissement Brussel zou oorspronkelijk 80 procent Franstaligen en 20 procent Nederlandstaligen tellen. Dat werd echter als oneerlijk beschouwd en daarom onderhandelde de federale regering een nieuwe verhouding: 71 procent Franstaligen en 29 procent Nederlandstaligen.

Zowel de advocaten als de rechters zijn blij dat de nieuwe regeling er is. "Wij hebben altijd gezegd dat de verdeling moest gebeuren op basis van de werklast", zegt Edgar Boydens, de voorzitter van de Vlaamse Balies, aan tvbrussel. "Als dat zo is, is dat punt in orde."

De bijsturing betekent dat de arbeidsrechtbank en de rechtbank van eerste aanleg geen rechters zullen verliezen. "De arbeidsrechtbank behoudt haar 9 rechters en die van eerste aanleg blijft 41 Nederlandstalige rechters tellen", zegt Gaby Van Den Bossche, voorzitter van de arbeidsrechtbank.

Toch betekent dit niet dat de advocaten en magistraten hun klachten laten vallen. De regering heeft slordig werk geleverd en niet alle problemen van tafel geveegd, klinkt het. "Zo kan alleen een Franstalige baas van het Brusselse parket worden", zegt Boydens. "Dat lijkt ons niet conform de Grondwet."

De arbeidsrechtbank klaagt ook aan dat de werklastmeting gebaseerd is op gemiddelden. "Voor ons kwam dat neer op 24,8 procent voor de Nederlandstaligen", zegt Van Den Bossche. "Dat betekent 11 rechters, terwijl we er maar 9 krijgen."

Het Grondwettelijk Hof doet waarschijnlijk eind dit jaar een uitspraak over de geldigheid van het B-H-V-dossier.