Het nut van de Pollepel
Het achthoekige bouwsel bestaat nog altijd, maar naar goede Brusselse traditie werd het verplaatst en zwaar getransformeerd en veranderde het vaak van naam. In het vermakelijke werkje Patrimoine bruxellois à roulettes, uitgegeven door de Cercle d'Histoire de Bruxelles, doen François Samin en Henri Semp het wedervaren van de Pollepel. Het werd beschreven als "le Grand Pollepel, puits de la Grande Louche, fontaine de Terarken". De nu verdwenen straat waar het reservoir lag, heette Pollepelstraat of, in een typisch Brusselse, wat te letterlijke vertaling: rue de la Cuiller à Pot.
Voor de noord-zuidverbinding stond de Pollepel in de weg. In eerste instantie zou het geplaatst worden in de onderaardse verdieping van het Ravensteincomplex, er werd ook gedacht aan een tweede leven in de afgrond van het Park van Brussel, maar uiteindelijk werd de Pollepel heropgebouwd in het Egmontpark. Hoewel, 'heropgebouwd': alleen het gedeelte boven de grond (zonder het echte reservoir dus) overleefde, en dan nog zonder het torentje dat het gebouwtje vroeger bekroonde. De ene overgebleven steunbeer diende als model om de andere te reconstrueren. Jammer genoeg legt geen enkel bordje of inscriptie uit wat hier nu staat. De bezoekers van het park vermoeden dan ook meestal dat ze voor een folly of folie staan, volgens van Dale een 'bouwwerk zonder nuttige functie, met als enig doel te toeschouwer te plezieren.' Maar na eeuwen van trouwe dienst heeft de Pollepel beslist beter verdiend.
Lees meer over: Samenleving
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.