Bron deel 3 c An Devroe

Herbronnen in Brussel (slot): Tot zinnen komen aan de bron

An Devroe
© Brussel Deze Week
20/08/2014

Met kleine avonturiers het water stroomopwaarts volgen tot aan de bron heeft iets spannends. Al is het ook een expeditie om te zoeken naar de bron in jezelf.


A ls je de beek in het Josaphatpark volgt, kom je via allerlei minilandschapjes uit bij een bron. Het water welt lustig op in een ronde ring in blauwe hardsteen. De bron heeft haar naam mee: de Minneborre (Fontaine d’Amour), al evolueerde die naam uit – excuus voor de koude douche – Rinneborre (reine bron). Het is een van de bronnen van de Roodebeek of de Josaphatbeek.

In De fonteinen van Brussel (1999) haalt Fabien De Roose schepen Emile Vandeputte aan, die bij de plechtige opening van het Josaphatpark in 1904 de legende van de Minneborre in herinnering bracht. Ze gaat over de verboden liefde tussen Theobald en Herlinde. Elke dag in het schemeruur ontmoeten ze elkaar bij de bron. Wanneer Theobald de wapens moet opnemen, wacht Herlinde op hem, maar na vele maanden geeft ze de hoop op zijn terugkeer op en stort ze zich in het water van de bron. Geliefden die van dit water uit dezelfde beker drinken, zouden nog voor het eind van het jaar verenigd worden. Maar de nuchtere schepen speechte: “Goede bron, hoeveel keer heb je al moeten liegen en zul je dit blijven doen. Dromen over geluk zijn zo vol van verrukkelijke leugens dat geliefden zich altijd zullen laten vangen.”
In 1945 publiceerde Dietsche Warande & Belfort het verhaal De Minneborre van Julien Kuypers. Misschien geïnspireerd door het eind van de oorlog, liep het voor de geliefden deze keer toch goed af. De vrijage begint beloftevol op de Nedermarkt (Grote Markt) en Melsen en Peerlamoerken spreken af bij de Minneborre: “Daar zouden Peerlamoerken en hij ‘s Donderdags ronddolen, onder de hooge beuken en popels waar het lekker lommerig is en frisch, den holleweg langs, waar het loover hun hoofden zal overwelven als een groene kapel. Een refrein moest hij er op dichten!” Toch loopt ze in de handen van een Spaanse hopman. Melsen zoekt troost bij de bron, waar hij de achtergebleven Herlinde uit de legende maar al te goed begrijpt: “Zij paaide zich met spiegelbeelden.” Maar uiteindelijk daagt Peerlamoerken toch op, en goed om weten: “De tooverkracht van de Minneborre hield aan.”

Hoeder
Een beeld van een neerstortende Herlinde siert sinds 1987 het Josaphatpark, vreemd genoeg een eindje van de bron weg. Mon De Rijk gebruikte hiervoor Toscaans Carrara-marmer. Verhalen zullen altijd andere verhalen inspireren, een verhaal is in zekere zin zelf een bron. Rue Fontaine d’Amour (2008) is een roman van Jef Aerts die zich afspeelt in de Minnebronstraat. Het is een verhaal over wachten op de geliefde in een tijd van intercontinentale contacten: “Liefde raakt niet op.” Mooi is de observatie van het vijftienjarige meisje van twee geliefden die in het park telkens opnieuw afscheid komen nemen omdat ze het niet kunnen.
Vandaag herinnert er niets aan de (fatale) liefde, wel is er een droogtoilet als anticlimax. Van de ooit klassieke inrichting met stenen zuilen en vazen resten er enkel nog een paar treden. De bron is nu omgeven door rocaille, een artificieel landschap met rotsblokken die geschikt zijn als klim- of zitmateriaal.
Naar de bron wordt omgekeken door een heuse hoeder: een meditatieve gemeenteontvanger, hij bestaat in Schaarbeek. “Dat hoederschap is organisch gegroeid,” zegt Hans Welens-Vrijdaghs die ook historicus is: “Ik ging er oorspronkelijk enkel heen om te mediteren, maar al gauw merkte ik dat er bij hevige regen zodanig veel water opborrelde dat het zand uit de kom geworpen werd. Dus deed ik het er weer in met een zeef. Tot het niet meer mogelijk was omdat er te veel was weggespoeld. Toen heb ik aan de technische dienst van de gemeente om wit zand gevraagd en zij zijn de eersten die mij peter of hoeder van de bron hebben genoemd. En in die hoedanigheid heeft schepen Michel De Herde mij aan minister Onkelinx voorgesteld bij de heropening van het gerestaureerde park in 2011. Ik heb het uiteraard als een eretitel opgenomen! Ik probeer er af en toe langs te gaan voor wat onderhoud of gewoon om er tot rust te komen.”

Onvindbare Heiligenborre
Welens raadt ons aan om eens voorbij het wateroppervlak en de weerspiegeling te kijken en te zien wat er zich op een dieper niveau afspeelt: de wolkjes zand in steeds wisselende formaties. Over het verbindende van water schrijft hij: “Een watermolecuul in onze kop koffie of in ons pintje, zal ooit wel eens door een vis gedronken en weer uitgeplast zijn, zat ooit in het bloed van een dinosaurus of in de traan van een voorouder.”
De Minneborre staat namelijk op de cover van het boek Heilige bronnen in de Lage Landen (red. Adrie Beyen, 2013) dat mensen, zo zegt het zelf, hoopt te inspireren om op zoek te gaan naar hun eigen bron. Het boek kwam er na een oproep op Facebook door soulcoach Linda Wormhoudt. Naast het spirituele is er ook veel plaats voor de geschiedenis en wetenswaardigheden over de verschillende bronnen. De bijdragen van Welens gaan over de bisschop Willibrord, die heel wat heilige bronnen gekerstend heeft en ze zo voor het nageslacht bewaard heeft, en over Brusselse bronnen. Zo heeft hij eigenhandig de bron van de Kerkebeek in Evere uitgegraven, die enkele vijvers in het natuurreservaat ‘t Moeraske voedt. Hij werkt nog steeds aan een inventaris van de Brusselse bronnen, en is bijzonder geïntrigeerd door de onvindbare Heiligenborre in Watermaal-Bosvoorde, die haar naam gaf aan een straat en bushalte. Dat daar maar een boek van komt.


An Devroe

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Schaarbeek, Samenleving

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni