Thandi Mbali Renaldi

Hedendaags Afrikaans design

Elien Haentjens
© Brussel Deze Week
03/02/2016

Dat Afrikaans design niet per se etnisch getint of tribaal moet zijn, en in elk hedendaags interieur een frisse wind kan doen waaien, wil Thandi Mbali Renaldi met haar webshop Kudu Home bewijzen. “Het is tijd om met andere ogen naar Afrika te kijken.”

H oewel Thandi Mbali Renaldi al negen jaar in Brussel woont, bezoekt ze haar familie in het Zuid-Afrikaanse Durban regelmatig. Van die reizen brengt ze telkens decoratieve, niet-stereotype objecten mee. “Die vind ik door rond te wandelen in de stad, of in Zuid-Afrikaanse designmagazines als Visi, House & Leisure of de Zuid-Afrikaanse versie van Elle Decoration waar ik een abonnement op heb.”

“Toen we dit huis wilden verbouwen, vond mijn man het tijd dat ik mijn stapel designmagazines zou wegdoen. Ik heb er eerst alle interessante pagina’s uitgescheurd. Zonder dat ik het zelf besefte, had ik zo meteen een overzicht van boeiende producten en merken. Toen steeds meer vrienden me vroegen om bepaalde objecten voor hen mee te brengen, ontstond het idee om een webshop met hedendaags Afrikaans design op te richten,” vertelt Renaldi.

Geen medelijden
Hoewel ze niet 100 procent zeker was dat haar concept zou aanslaan, had ze er wel vertrouwen in. “Wat weinig mensen weten, is dat Zuid-Afrikanen een sterke interesse hebben voor interieurinrichting en design. Bovendien kent Afrika een zeer jonge en nieuwsgierige bevolking, die dankzij sociale netwerken als Pinterest, Facebook en Instagram met beide voeten in de wereld staat. Die invloeden verwerken ze in hun eigen leven en ontwerpen.”

“Tegelijk blijft het voor hen vaak moeilijk om hun werk internationaal te promoten, en vind je de objecten zo goed als nergens in Europa terug. Daar wil ik met Kudu Home verandering in brengen. Want het wordt tijd dat we Afrika niet meer over het hoofd zien, en met andere ogen naar het continent kijken. Of om het met de woorden van Plinius te zeggen: ‘Semper aliquid novi Africam adferre.’ (Afrika brengt ons altijd iets nieuws, EH)”

Daarnaast is voor Renaldi het sociale aspect bij Kudu Home erg belangrijk. “Ik wil niet dat mensen een product kopen uit medelijden met degene die het gemaakt heeft. Want de mensen die deze producten maken, hebben helemaal geen droevig leven. Vaak werken ze voor een coöperatieve, die hen een normaal loon betaalt en opkomt voor hun rechten. Daarom zijn de producten bij Kudu Home ook niet altijd zo goedkoop. Ik zie trouwens niet in waarom ze dat zouden moeten zijn. Voor mij is het in eerste instantie de kwaliteit, de savoir-faire en de artistieke waarde die telt.”

Een mooi voorbeeld is Gone Rural, een coöperatieve die bestaat uit zo’n 750 wevers uit vijftig verschillende gemeenschappen en die manden en dienbladen uit gras en textiel produceert. “Dankzij Gone Rural worden de traditionele weeftechnieken levend gehouden, en zijn de vrouwen uit Swaziland economisch onafhankelijk. Ook People of the sun stimuleert traditionele ambachtslui om met hun kennis hedendaagse producten te maken. Daarom nodigt de coöperatieve regelmatig designers en architecten uit de hele wereld uit om kennis en creativiteit uit te wisselen met de lokale mensen. En ook Baobab Batik stimuleert ambachtslui om te leren inspelen op de trends, en zo te kunnen blijven leven van hun producten. Zo hebben hun kussens nu bijvoorbeeld helemaal geen felle kleuren, maar wel pasteltinten. Iets wat je niet meteen met Afrikaans design zou associëren. Maar dat is voor mij ook net de bedoeling.”

Rollercoaster
Net als haar collecties is Renaldi zelf een mix van verschillende culturen en invloeden. “Omdat mijn vader voor zijn eigen veiligheid als politiek banneling niet in Zuid-Afrika kon blijven én omdat het gemengde huwelijk van mijn ouders illegaal was tijdens het apartheidsregime, ben ik als kind verhuisd naar Groot-Brittannië, het thuisland van mijn moeder. Toen we in 1993 terug naar Zuid-Afrika trokken, werden we er vaak vreemd bekeken. Zo beschouwden veel mensen mijn vader als bewaker van mijn moeder. Intussen is dat gelukkig veranderd.”

Zelf trok Renaldi na haar universitaire studies in Zuid-Afrika naar Londen, waar ze voor televisie ging werken. Via haar Italiaanse man Rocco leerde ze Brussel kennen. “Toen ik in 2006 zwanger was van ons eerste kindje, moesten we een stad kiezen om te wonen. Aangezien de prijzen in Londen extreem hoog liggen en Rocco hier sowieso een aantal dagen per week moest werken, zijn we naar Brussel verhuisd. Intussen zijn we bijna tien jaar later, hebben we drie kinderen en hebben we het hier helemaal naar onze zin. Want Brussel is niet te groot, herbergt enorm veel parken en ook met een relatief beperkt budget kan je hier een fijn familieleven uitbouwen. Bovendien hou ik enorm van de architectuur en de huizen in de stad, en van het grote aantal onafhankelijke shops en labels. In Groot-Brittannië ligt dat aantal veel lager.”

Een dikke zes maanden na de oprichting van haar onlinewinkel kan Renaldi een eerste balans opmaken. “Tijdens de zomer kwam het proces wat traag op gang, maar de prekerstperiode voelde als een rollercoaster. Vooral de Belgen zijn bijzonder goede klanten. Misschien omdat er nog steeds een link met Afrika is, maar wellicht ook omdat jullie erg open staan voor nieuwe ideeën. Tegelijk is er momenteel een sterke aandacht voor authenticiteit, en is er meer respect voor het ambachtelijke werk van ontwerpers. Kudu Home past perfect in dit plaatje. Bovendien wil ik bewijzen dat traditie geen synoniem hoeft te zijn van oubollig, maar dat de oude knowhow in combinatie met een hedendaagse vormgeving tot frisse, relevante producten kan leiden. Terwijl ik me voorlopig vooral concentreer op Sub-Saharaans Afrika, wil ik op termijn het hele continent aan bod laten komen. Met Kudu Home wil ik deze nieuwe Afrikaanse stijl wereldkundig maken.”

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni