Getest: stads- en plattelandsbewoner slikken bijna evenveel fijn stof

Wie is nu eigenlijk beter af: een stadsbewoner die in centrum Schaarbeek woont of een plattelandspendelaar die in het groen ging wonen? Terzake op Canvas deed de test, en stelde vast dat wonen in het groen niet veel gezonder is.

Twee VRT-medewerkers bonden voor Terzake een week lang een fijnstofmeter om: Stefaan Meerbergen woont in Schaarbeek, dichtbij de verkeersknoop die het Liedtsplein is, en rijdt met de fiets naar het werk aan de Reyerslaan.

Zijn collega Vincent Verelst koos er net voor om de stad met zijn vieze lucht te ontvluchten en in het groene Bonheiden te gaan wonen, bij Mechelen. Hij pendelt elke dag met de wagen.

Een week testen levert opmerkelijke resultaten op. Het meest opvallende resultaat is wellicht nog dat de twee uiteindelijk vergelijkbare waarden opmeten: een gemiddelde van 1.400 microgram 'black carbon' voor de Bonheidenaar tegenover 1.800 voor de inwoner van Schaarbeek.

Die twee waarden worden door experts van VITO alle twee als meer dan aanvaardbaar beschouwd. Vanaf 3.000 microgram is er sprake van verhoogde concentraties.

Dat de Bonheidenaar uiteindelijk niet zo veel beter scoort heeft onder meer te maken met zijn dagelijkse verplaatsingen naar het werk, langs de snelweg en op drukke Brusselse assen. Maar de fijnstofconcentraties blijken in het centrum van Bonheiden ook even hoog als in een drukke Brusselse straat.

Opvallende vaststelling nog: de fijnstofconcentraties in de stad variëren enorm. Groene zones en tuinen doen het daarbij veel beter dan straten. Op het Meiserplein worden geregeld waarden van 40.000 microgram gemeten, terwijl het Josaphatpark nagenoeg dezelfde luchtkwaliteit noteert als een bos in Bonheiden. Ook in de stadstuin in Schaarbeek vallen de fijnstofwaarden erg goed mee.

De experts van VITO-experts hebben ook nog een tip voor de stadsbewoner: alternatieve routes met weinig verkeer zoeken maakt een wereld van verschil voor de fijnstofwaarden.