Feestje bij installatie Nederlandstalige Cultuurraad in Sint-Joost

Danny Vileyn
© Brussel Deze Week
04/11/2011
Niets is in Sint-Joost zoals je het zou verwachten. Ook niet de installatie van de Nederlandstalige Cultuurraad. Met een schepen van Vlaamse Aangelegenheden op de burgemeestersstoel. En componist Frederik Devreese als peter. Maar vooral: met heel veel goede acts.

D e overloop voor de raadszaal van het gemeente­huis van Sint-Joost-ten-Node loopt lang­zaam vol. "Ik had het me gemakkelijk kunnen maken," zegt schepen van Vlaamse Aangelegenheden Béatrice Meulemans (SP.A) tussen twee begroetingen door. Met 'gemakkelijk' bedoelt ze: ze had een paar grote namen kunnen zoeken om de Nederlandstalige Cultuurraad te bevolken. Maar dat heeft ze bewust niet gedaan. Ze wil zich aan de regels van de Vlaamse Gemeenschap houden. Omdat ze erachter staat. Een van die regels is dat de samenstelling van de raad "een getrouwe weerspiegeling is van het huidige culturele landschap binnen het grondgebied van Sint-Joost-ten-Node."

Piet Ools van het gemeenschapscentrum Ten Noey zit in de nieuwe raad, Dominique Coerten van het Charlier Museum zit erin, en Marc Van den Hoof, ex-Klara, namens JazzStation ook. Voor de artistieke sector zit de wereldberoemde fluitspeler Marc Grauwels erin. De Oostendenaar Grauwels woont sinds 1997 in een voormalig wijndepot op een boogscheut van het gemeentehuis. En hij woont er graag.

"Ik had graag de cultuur van de 154 nationaliteiten die in Sint-Joost wonen, een plaats gegeven in de cultuurraad," zegt Meulemans. Maar dat is niet mogelijk. De Turkse cultuur is - uiteraard - vertegenwoordigd. De Arabische ook. En de Afghaanse. Hamard Ahmad Samir van het Afghaans cultureel centrum heeft zijn zoontje meegebracht. Hij zegt, in het Nederlands: "Ik promoot de Belgische cultuur bij de Afghanen, en de Afghaanse bij de Belgen. Afghanistan mag dan dertig jaar in oorlog liggen, het is meer dan een land in oorlog, het is ook een land met een eeuwenoude cultuur."

Djabbali Hawa vertegenwoordigt het Arabisch cultureel centrum. Nederlands kent ze niet, maar naar het Arabisch cultureel centrum komen ook veel Vlamingen. "Dat bewonder ik zo aan de Vlamingen, ze zetten twee keer de stap. Naar de Arabische cultuur, in het Frans. We hebben al samengewerkt met Nederlandstalige instellingen zoals de KVS, maar ik zoek al lang een structurele band met de Nederlandstaligen." Reactie van Meulemans: "De Vlaamse cultuur is altijd op haar sterkst geweest als ze openstond voor vreemde invloeden."

De raadszaal van het gemeentehuis behoeft een opknapbeurt, maar dat laten de artiesten die de avond cachet geven, niet aan hun hart komen. Meulemans klinkt ontroerd als ze een muziekfragment van Frederik Devreese aankondigt. Devreese is de man die haar bij de VRT "alles geleerd" heeft. Het wordt het tangofragment uit Benvenuta , de film van André Delvaux. Devreese zit in de zaal tussen het publiek.
Er volgen Koerdische gezangen en Congolese muziek, en snaarmuziek uit Mesopotamië. En er wordt gedanst. Heel veel gedanst. De avond kan niet meer stuk.

Ten Noey
Twee dagen later, vrijdagochtend. Het halfuur dat ik te vroeg ben voor mijn afspraak met Piet Ools, geeft me de tijd om op het Sint-Joostplein koffie te drinken. Het schitterende herfstweer zorgt voor een zuiders sfeertje: een plein met een café, een pizzeria en een groentewinkel.

Op naar Ten Noey, dan. Veel Vlamingen telt Sint-Joost niet, minder dan duizend, zeggen de ramingen. "Er is een verschuiving naar mensen die iets met het Nederlands hebben," zegt Ools over de gebruikers van Ten Noey. En: "Het Nederlands blijft een aantrekkelijke taal, een belangrijke taal ook binnen Brussel. Er zijn in Sint-Joost lange wachtlijsten voor het Nederlandstalig onderwijs."

Ten Noey zet volop in op de jeugd. Ools: "Sint-Joost is de jongste gemeente van Brussel, er is een enorm potentieel van mensen onder de dertig. Het VGC-jeugdcentrum Aximax in de J.W. Wilsonstraat lokt veel kinderen uit Sint-Joost, maar werkt ook bovenlokaal. Met onze theater- en danscursussen bereiken we de plaatselijke jeugd, en de ouders ook, op de toonmomenten. We hebben tegenwoordig volle zalen."

En de oudere Vlamingen? "Die zijn zeker welkom, maar het is een kleine groep die ook niet groeit. Eenmaal op pensioen vertrekken de bemiddelden naar de kust of de Ardennen. Af en toe kiezen jonge Vlamingen voor Sint-Joost, en ook met hen werken we samen. Met Tête à Tijd (groep jonge Vlamingen die in het voorjaar muziek bracht op ongewone locaties, DV) gaan we opnieuw samenwerken.

"Lang blijven die jonge Vlamingen meestal niet. Sint-Joost is klein, het verkeer is er druk en de woonkwaliteit niet optimaal. Maar de Vlamingen die hier komen wonen, kiezen er wel bewust voor."

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Sint-Joost-ten-Node, Samenleving

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni