1441 BMB Elric Dufau Brussels in Shorts 2013

Expo Beeldig Brussel in Stripmuseum

Roel Daenen
© Agenda Magazine
09/09/2014

25 jaar geleden daverde de stripwereld op zijn grondvesten. Koning Boudewijn opende toen, onder massale belangstelling van de media én de fine fleur van de Belgische stripmakers, in de voormalige stoffenwinkel Waucquez in de Zandstraat het Belgisch Centrum voor het Beeldverhaal. De tentoonstelling Beeldig Brussel is een van de hoogtepunten uit het feestprogramma.

De betekenis van het ‘Stripmuseum’ – voor stripmakers, voor het erfgoed van de 9de kunst en voor de uitstraling van Brussel en België – kan nauwelijks onderschat worden. Er is dus wel reden om te feesten, met een waaier van activiteiten. Vooruitkijken naar de toekomst, door het verleden scherp te bekijken, dat zou een goed motto kunnen zijn voor artistiek directeur Jean Auquier.

“De eerste vraag is waarom we deze tentoonstelling brengen,” steekt hij van wal. “Uiteraard, Brussel is een schitterende stad met heel veel facetten. Maar de belangrijkste reden spruit voort uit het feit dat we in het Stripcentrum dit jaar onze 25ste verjaardag vieren."

"In die jaren is de stad enorm geëvolueerd, net als het medium van de strip zelf. In 1989 was de manga nauwelijks bekend in Europa. De graphic novel bestond nog niet in België. De manier van vertellen, tekenen en lezen is dus heel sterk geëvolueerd. Gezien we in Brussel gevestigd zijn én het Brussels Gewest dit jaar eveneens 25 jaar bestaat, zijn we beginnen na te denken."

"Hoe werd en wordt Brussel verbeeld? Zo zie je bijvoorbeeld in een album van racewagenpiloot Michel Vaillant de bolides over de Grote Markt scheuren. In een andere reeks zie je Rik Ringers door de straten van het centrum stappen. Aanvankelijk functioneerde Brussel dus vooral als decor."

"Maar stilaan zie je een evolutie in hoe de stad wordt voorgesteld. Gaandeweg wordt ze opgevoerd als een echt personage, en dat is de grote nieuwigheid. Het album dat voor mij dit het beste vat is ‘La Nuit du Chat’, van Frank Pé. Daarin gebeurt niets anders dan dat een personage de hele nacht zijn kat achterna zit. Onderweg komt hij allerlei personages tegen.”

Hoe verklaart u dat er heel wat auteurs door de hoofdstad worden geïnspireerd?
Auquier:
“Het is niet enkel de omgeving, denk ik. Het gaat veeleer over de mensen die samen de stad maken. Verhalen werden vroeger ook anders gebracht. Als ik snel een omwegje maak naar het verleden, zie je een vergelijkbare evolutie. Net als in de cinema had je in den beginne helden uit één stuk. Echte helden, die niet twijfelden en die nooit schrik hadden. Vanaf de jaren 60 krijg je helden die meer en meer naar het menselijke neigen, personages van vlees en bloed."

"Vanaf de jaren '80 krijg je dan helden die bijna ‘normaal’ zijn, vaak met verhalen waarin er bijna niks gebeurt, maar waarin je wel alle emoties en gedachten kunt observeren. Welnu, wanneer de studenten beeldverhaal van Sint-Lukas een paar jaar terug samen een album uitbrengen – het jaar waarin onder andere Judith Vanistendael zat, naar wie gaat hun aandacht dan uit? Naar de dames die in een vitrine in het Noordkwartier op hun klanten wachten – de prostituees!"

"Het zou heel gemakkelijk geweest zijn om daar een vulgair verhaal over te brengen. Maar dat hebben ze net niet gedaan. Het zijn mensen van vlees en bloed die worden opgevoerd. En dat is dus het concept van deze tentoonstelling: hoe zien auteurs Brussel, op een realistische manier?"

"Met andere woorden: we hebben er heel bewust die auteurs uit geweerd die de stad louter gebruiken als een decor. We hebben een hele fraaie selectie van originele werken bijeengebracht, van een heleboel – vaak nog niet als album gepubliceerde – verhalen. De stad is vaak een eindpunt, maar evengoed een plek waar van alles begint.

"Zo tonen we het werk van bijvoorbeeld Jean-Claude Servais. Die brengt in oktober een nieuw album uit, over de pelgrimsroute naar Compostella. Hij laat dat beginnen in Brussel, aan de bronzen schelpen die voor het stadhuis op het trottoir liggen. In de tentoonstelling worden deze schitterende originele pagina’s getoond! Hij slaagt erin om de grootstad als een dorp voor te stellen. Een andere auteur die de bewoners en de stad met heel veel menselijk inzicht en humor heeft verbeeld is natuurlijk Marc Sleen. Nero heeft oog voor de kleinste details, en vaak ontspoort het in een karikaturale humor. Maar dat is tegelijk ook Sleens handelsmerk. Toch is Sleen volgens mij een van de eersten die oog heeft gehad voor de bewoners van de stad.”

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Brussel-Stad, Expo

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni