20kmdoorbrussel 2012
© Jo Voets

Carine Verstraeten over 35 edities van 20 km: 'Goed idee op goed moment'

Tim Schoonjans
© Brussel Deze Week
27/05/2015

Carine Verstraeten (57) is een dame met overtuigingskracht. Gelukkig, want anders waren de 20 kilometer door Brussel er misschien nooit geweest. Samen met Émile Dereymaeker organiseerde ze ondertussen al 35 edities. Ze kijkt met tevredenheid achterom, maar haar passie en enthousiasme stuwen haar vooral vooruit.

“Chique werkende dames, in tailleur, die hun hakken even uitdoen om een toertje te lopen? Dat vond ik zeer tof,” vertelt Verstraeten. “Ik zag het toen ik als negentienjarige in New York was, en dacht bij mezelf dat het leuk zou zijn om een evenement te organiseren waarbij mensen door de straten van Brussel lopen. Ik werkte toen al bij S.I. Brussel Promotie en zag het als een leuk middel om onze stad in de verf te zetten.”

Tot dan hield Brussel Promotie zich volgens Verstraeten vooral met chiquere evenementen bezig, zoals gala-avonden en kunstevenementen. Maar zij wou iets anders proberen en de joggers aanspreken, een groep die toen vele malen kleiner was dan vandaag. De raad van bestuur gaf zijn goedkeuring om het project uit te bouwen. “Al dachten ze dat het niet zou lukken, hoor. Maar ik ben langsgegaan bij de verschillende burgemeesters en verantwoordelijke instanties en kreeg telkens groen licht. Zelfs van de hoofdcommissaris van de stad Brussel. Hij beloofde me trouwens een etentje in een goed restaurant als het een succes zou worden, maar ik antwoordde dat ik mijn vader had beloofd nooit met een man alleen te gaan dineren. Die anekdote is hij nooit meer vergeten (lacht).”

“Na veel hard werk zijn we er in 1980 mee begonnen. We hebben het geluk gehad dat we een goed idee op een goed moment hebben gehad. Dat mensen te veel stress hebben en op een andere manier willen leven, begon toen al stilaan op te komen. Daar hebben we goed op ingespeeld.”

Het eerste parcours van de 20 kilometer begon aan de Heizel en leidde de lopers onder meer over de Grote Markt. De maandag na die succesvolle openingseditie, waar meer dan vierduizend lopers aan hebben deelgenomen, bleek dat er wat aanpassingen nodig waren. “Het Centraal Station was toen nog het hoofdstation en was heel de dag onbereikbaar. Door het succes van de wedstrijd was de stad in twee delen verdeeld, en dat kon niet. Dus moest het anders.”

“Ik ben daarop met mijnheer Lombart van de MIVB samen gaan zitten, met een kaart van Brussel en een koffietje, en we hebben op ons gemak een nieuw parcours uitgetekend. Uit de losse pols. Dat parcours is vandaag nog steeds ongewijzigd.”

Trouw verdien je
Sindsdien is men maar twee keer afgeweken van het vaste parcours. De hele lus is eens in omgekeerde richting afgewerkt omwille van wegeniswerken, en in 2000 moest het parcours ingekort worden doordat het slechte weer lopen in het Ter Kamerenbos niet mogelijk maakte. Twee jaar eerder moest Defensie de meubelen redden. “De Regentschapsstraat lag toen open voor een werf van de MIVB. Men had mij verzekerd dat het afgerond zou zijn voor de 20 kilometer, maar kort ervoor gaapte er nog een gat tussen de tramrails en de kasseien. Daarop heeft Defensie de nodige mankracht ingezet om dag en nacht te werken en dat probleem op te lossen.”

“Onze goede contacten kwamen daar uiteraard goed van pas. Vandaag houdt men voor werven in Brussel rekening met de 20 kilometer. Vorig jaar was er sprake van werken aan Schuman, maar dat kan niet voor ons want onze lopers passeren daar. Ik ben naar de verantwoordelijke gestapt en heb het in orde gebracht. Je moet weten dat tweeduizend functionarissen meelopen en dat de grootste ploeg die deelneemt Running For Europe is.”

Het betrekken van goede doelen en grote groepen heeft de evolutie van de 20 kilometer door Brussel een onmiskenbare duw in de rug gegeven. Ook dat is te danken aan de enthousiaste Verstraeten die er op uit trok om haar overtuigingskracht te gebruiken.

“Ik ben in de loop van de jaren tachtig naar syndicale vertegenwoordigers gestapt en heb hen gevraagd wat zij eigenlijk teruggeven. Ze vragen altijd, maar wat dragen ze bij aan de positieve sfeer? Uiteraard stribbelden ze eerst wat tegen, maar snel hapten ze toe en begonnen ze ploegen te vormen. Dat is vandaag nog steeds zo, net als voor grote bedrijven. Total loopt bijvoorbeeld mee met een team van vijfhonderd werknemers uit heel de wereld.”

“Ik ben ook naar de chef sport van de RTBF gestapt met een grote foto van onze startplaats. Ik vroeg hem ernaar te kijken en mij uit te leggen waarom alle aandacht naar voetbal, wielrennen, etcetera ging. Waarom wij niet? Hij besloot een reportage te maken en sindsdien is de omroep een partner gebleven. Zo ben ik: zolang je mij niet ontgoochelt, zal je mijn loyaliteit hebben.”

Geen yoghurtpotjes
De 20 kilometer heeft een pak trouwe lopers die de organisatie graag omschrijft als hun VIP’s. Bij de winnaars valt vooral Marleen Renders op, die met negen zeges het grootste aantal overwinningen op haar naam heeft staan. Maar iedereen wordt op gelijke voet behandeld, zelfs een koning.

“Al onze deelnemers zijn vedetten. Iedereen heeft zijn verhaal en zijn doelen. Iedereen krijgt dezelfde voordelen en behandeling, ook koning Filip. De lopers komen hun nummer bij ons afhalen, we vinden dat contact belangrijk. We betalen ook geen topatleten om mee te lopen. Dat is een risico, want het is toch wel belangrijk voor je imago. Maar we hebben het geluk dat sponsors atleten ondersteunen om deel te nemen.”

“Het was fantastisch toen we in 2008 voor de eerste keer uitverkocht waren. Uiteraard wil je altijd meer mensen een plezier doen, maar we kunnen de straten van Brussel niet breder maken. We zijn met een start in golven begonnen om de mensen echt te laten genieten van hun wedstrijd. Kwaliteit is wat wij nastreven.”

Dat vertaalt zich niet alleen in respect voor de deelnemers, maar ook voor het parcours en de stad. De organisatie heeft principes en wijkt daar niet van af. Dergelijke zaken maken dat de 20 kilometer door Brussel een referentie is geworden. “Als een sponsor voorstelt 40.000 yoghurtpotjes uit te delen aan de finish, dan zeg ik nee. Dat zorgt voor te veel afval. Het is geen kermis, hé. We moeten eerbied hebben voor iedereen, ook de mensen van Net Brussel die achteraf opkuisen. Het imago van een evenement maak je niet bij het opbouwen, maar bij het afbouwen.

"Op commercieel gebied zijn we misschien niet top, maar we wijken niet af van onze filosofie. Ook niet aan de 25 euro inschrijvingsgeld, een lage prijs om iedereen een kans te geven deel te nemen.”

“Als je onze naam samen met de marathons van Londen en New York hoort vallen, doet dat uiteraard plezier. Die uitstraling en de sfeer vind ik zeer mooi. Daarom vind ik het niet erg om de maanden voor de 20 kilometer zo veel stress te hebben en slecht te slapen. Ik wil de deelnemers plezieren.”

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Samenleving, Sport

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni