Brusselaars: eerder Nederlandstalig dan Vlaming

Steven Van Garsse
© Brussel Deze Week
26/06/2013
Brusselaars voelen zich steeds Brusselser en noemen zich liever Nederlandstalig dan Vlaming. Dat blijkt uit de taalbarometer van VUB-onderzoeker Rudi Janssens die vrijdag werd voorgesteld in het Huis van het Nederlands.

De taalbarometer peilt elke zes jaar naar het taalgebruik in Brussel en is aan zijn derde editie toe. Over het taalgebruik in Brussel heeft BDW al in april uitgebreid bericht (zie links). De voornaamste conclusie is dat de theorie van de taalverdringing, die door sommige wetenschappers wordt gehuldigd, voor Brussel geen steek houdt. Die hypothese stelt dat elke dominante taal in een bepaald gebied steeds dominanter wordt. In Brussel is het Frans de dominante taal. Die blijft wel de voornaamste spreek- en thuistaal, maar gaat er de laatste zes jaar zwaar op achteruit. In de plaats verschijnt een meertalig Brussel, waar de migrantentalen aan vitaliteit winnen en het Engels aan belang.

Janssens onderzocht ook de relatie tussen taal en identiteit. De verschuivingen tussen de taalbarometer van 2006 en die van vandaag zijn enorm. Voelde in 2006 40 procent van de Brusselaars zich in eerste instantie Belg, dan is dat vandaag nog maar 16 procent. De Brusselse identiteit neemt wel een hoge vlucht. Dertig procent van de Brusselaars voelt zich eerst Brusselaar. In 2006 was dat maar twintig procent. Voeg je er de lokale identiteit aan toe, dan kom je boven de vijftig procent. De helft van de Brusselaars voelt zich eerst en vooral Brussels, Molenbeeks, Schaarbeeks, etcetera.

20 procent voelt zich Franstalig
Het is ook boeiend om te kijken naar de andere identiteiten. Een kleine twintig procent voelt zich Franstalig, een kleine zeven procent voelt zich Vlaming (2,8 procent) of Nederlandstalig (4,1 procent). Die laatste categorie zit in de lift, wellicht een gevolg van het succes van het Nederlandstalig onderwijs. Het aantal Brusselaars dat zich Vlaming noemt, daalt.

Rudi Janssens trekt ook (voorzichtig) conclusies voor de toekomst. Hij ziet een meertalig Brussel dat niet langer spoort met de politieke realiteit die gebaseerd is op de twee gemeenschappen. Brussel verbrusselt verder en het huidig institutioneel model staat volgens hem onder druk. Bij onderwijs en politiek is dat het duidelijkst. Het Nederlandstalig onderwijs levert geen Vlamingen af, wél Nederlandstaligen die taal als iets utilitairs zien. Voor tweetalig onderwijs bestaat een ruim draagvlak en minder dan vijf procent van de Brusselaars ziet een toekomst met Vlaanderen of Wallonië zitten.

In de media is verbrusseling minder tastbaar. Negatieve attitudes ten aanzien van Vlaanderen en het Nederlands lijken vooral door Franstalig mediagebruik gevoed. Anderzijds blijkt er bij de Nederlandstalige mediagebruikers in Brussel een breuklijn tussen zij die Brussel vanuit een stedelijke bril bekijken, en zij die vooral de Vlaamse gemeenschapsvorming belangrijk vinden.

Tabel: Met welke categorieën identificeert de Brusselaar zich?


TB2: taalbarometer 2006: TB3: taalbarometer 2012

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Samenleving

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni