KidM School 13 Anderlecht
© Saskia Vanderstichele

Allochtone leerlingen hebben twee jaar achterstand

GDC
© brusselnieuws.be
08/05/2014

Leerlingen met een migratieachtergrond scoren gemiddeld 98 punten lager in de PISA-tests dan autochtone leerlingen. Dat komt overeen met twee leerjaren achterstand. Een betere sociale mix op school verbetert hun resultaten. “Maar daarvoor moeten we keuzes maken”, zegt onderzoeker Dirk Jacobs.

Dat blijkt uit een nieuwe analyse van de resultaten door de onderzoeksgroep GERME (Groupe de Recherches sur les Migrations) van de ULB, in opdracht van de Koning Boudewijnstichting.

De kloof tussen sterke en zwakke leerlingen blijft aan beide kanten van de taalgrens groot. Ook kinderen met een migratieachtergrond blijven slechter scoren dan autochtone kinderen.

“Het gemiddelde verschil tussen deze twee groepen bedraagt 98 punten in Vlaanderen. Dat stemt volgens de OESO overeen met meer dan twee leerjaren”, zegt Jacobs aan brusselnieuws.be. Het verschil is kleiner in de Franse Gemeenschap, maar blijft toch groot, besluiten de onderzoekers. Migranten van de tweede generatie doen het wel beter dan nieuwkomers.

In de Franse Gemeenschap liggen de resultaten rond het OESO-gemiddelde, en haalt maar liefst een kwart van de leerlingen niet het minimale niveau dat vereist is om volwaardig deel te nemen aan de samenleving. In Vlaanderen, waar de resultaten significant boven het OESO-gemiddelde liggen, is dat 15 procent. 40 procent kan langs Franstalige kant geen cijfers interpreteren, 37,7 procent langs Nederlandstalige kant.

Sociale mix
Volgens onderzoeker Dirk Jacobs moet er ingezet worden op een betere sociale mix. Kansarme leerlingen hebben veel meer kans om goede schoolresultaten te behalen als ze op een sterke school zitten, waar ze terechtkomen in klassen met meer goed scorende leerlingen.

“Het inschrijvingsbeleid moet zorgen voor een betere sociale mix”, zegt hij. “In die zin is het voorrangsbeleid in Brussel al een stap in de goede richting, maar het lost niet alle problemen op.”

In andere landen wordt er radicaler gewerkt, en is het de overheid die de schoolkeuze bepaalt. “Daar moet je keuzes maken. Ofwel zorg je zelf voor een sociale mix, zodat het voor een leerkracht niet uitmaakt of hij in school A of school B werkt. Ofwel zorg je er voor dat in de scholen met de meeste uitdagingen de sterkste teams staan.”

Want daar wringt al eens het schoentje, ook in Brussel, zegt hij. “Nu staan de meest stabiele teams bij de kansrijkste leerlingen. En in Brussel is er bij jonge leerkrachten een groot verloop. Die teams moeten versterkt worden.”

Want, zegt hij, er zijn ook scholen zonder sociale mix die het goed doen. “En die hebben dat te danken aan een sterk team met visie.”

Er moet ook nagedacht worden over het systeem van zittenblijven, en de brede eerste graad in het middelbaar moet er absoluut komen.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Samenleving

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni