Langs de muren van verbeelding (4): Bollie en Billie

In 1991 had de Stad een van haar betere ideeën. Met een route van stripmuren ving Brussel twee vliegen in één klap. De muurschilderingen zijn een mooie hommage aan de striptekenaars. En voor een zacht prijsje verandert een lelijke blinde gevel in een toeristische attractie.

Met opzet liet men vooral blinde gevels beschilderen in minder voor de hand liggende straten. Wie van muur tot muur wandelt, ontdekt een ander Brussel dan in de reisgidsen. Een Brussel waar gasfornuizen, koelkasten en ander grof vuil zomaar op straat gestort worden. Dat bewijst deze foto van de Reebokstraat.

Let op de onbeschaamde glimlach waarmee een rosharige bengel en zijn al even rosse cockerspaniël een stootkar vol naar het stort rijden? Voor u er geschandaliseerd Agent 212 bijhaalt, de rakker is de onschuld zelve. Kijk goed, zijn stootkar is niet gevuld met stort maar met speelgoed dat hij ongetwijfeld voor een prikje op de kop getikt heeft op de beroemdste rommelmarkt van het land.

De Reebokstraat geeft uit op het Vossenplein. En die jongen en hond zijn natuurlijk de doodbrave Bollie en Billie. Eind dit jaar vieren de Brusselse striphelden hun vijftigste verjaardag. Stripfiguren werden een halve eeuw geleden nog geacht grote avonturen te beleven maar Jettenaar Jean Roba (1930-2006), een poulain van de grote Franquin, zocht het dichter bij huis.

Bollies pa is boekhouder, ma doet het huishouden. De familie leeft in een doodgewone wijk. De belevenissen zijn herkenbaar en eerder vrolijk of goedgemutst dan spitsvondig en grappig. Zoveel kleinburgerlijkheid kwam Roba af en toe op kritiek te staan. Maar zijn schijnbaar eenvoudige tekenstijl werd door vele collega's geprezen. En de lezers zagen geen saaie maar een vertederende strip. Het aantal verkochte exemplaren wordt op meer dan 25 miljoen geschat.

Wie? Bollie en Billie
Waar? Reeboekstraat, 1000 Brussel
Tekenaar: Roba, uitgeverij: Dupuis - Dargaud