Paul Schoovaerts: 'Zonder passie werkt het niet'

Karel Van der Auwera
© Brussel Deze Week
22/06/2013
"Wanneer gaat ge stoppen?', vraagt mijn vrouw meer dan eens. Wanneer? Liefst nooit. Als de passie er niet meer is, onmiddellijk. Het publiek kan je niet bedriegen. Sta zonder hart op het podium, het kleinste kind zal het merken." Paul Schoovaerts maakte 33 jaar deel uit van de Muziekkapel van de Luchtmacht. Eerst als tweede klarinetsolo, later als secretaris. Waarna een tweede leven begon als harmoniedirigent.

Z aal Toots, hoofdkwartier van De Ster, de harmonie van Evere. Dat de passie nog steeds brandt bij de man die tegenover mij zit, is onmiskenbaar. Ondanks het feit dat tram 6 ondertussen al gepasseerd is.

"Het is op deze eigenste plek dat de microbe me heeft gebeten. Grootvader was een van de stichters van De Ster. Vader speelde klarinet, mijn oom speelde klarinet. Ik was acht, de toenmalige dirigent Pierre Weemaels, een prachtige man die mijn muzikale vader is geworden, was klarinetsolo in Rigoletto. Hij had zijn leraar, Jean Tastenoe, die later ook mijn leraar is geworden, gevraagd als dirigent. Na afloop zei ik: ik word ook muzikant. Mijn moeder antwoordde: 'Maar hoe gaat ge dan uw boterham verdienen?' Ik: 'Met muziek.' Zij: 'Ja maar, van wat gaat ge leven?' Ik: 'Van muziek.' Zo is het begonnen. Toegegeven, mijn middelbare studies hebben eronder geleden, maar het was wat het was."

"Ik ben er nu 62, zes jaar gepensioneerd na 33 jaar dienst bij de Muziekkapel van de Luchtmacht en ik zit er nog altijd in. De mandaten bij verschillende verenigingen, onder meer als ondervoorzitter van Vlamo-Brussels-Gewest, de overkoepeling van de harmonies en de fanfares in Vlaanderen en Brussel, heb ik ondertussen opgegeven. Omdat het vergaderen om te vergaderen me een beetje te veel werd. Maar ik leid nog wel drie harmonies: De Ster in Evere, Sint-Cecilia in Humbeek en het Muziekkorps VOS Beigem."

Krek hetzelfde
Zijn eerste stappen in de muziek zette Schoovaerts aan de Muziekacademie van Schaarbeek. Later volgden studies aan de Muziekacademie van Vorst, waar hij in 1969 de Medaille van de Regering behaalde voor klarinet. Nog later vervolmaakte hij zich aan het conservatorium van Gent waar hij onder de leiding van Jean Tastenoe prijzen behaalde voor klarinet, transpositie, kamermuziek en notenleer.

"Aanvankelijk ben ik begonnen met dwarsfluit. Op aandringen van mijn moeder, die thuis heel veel te zeggen had. Maar het was altijd iets. Mijn armen konden niet volgen, ik had hier pijn, ik had daar pijn. Op zekere dag hoorde ik dat mijn vader mijn moeder achter een hoek de levieten las: 'Ge ziet toch dat het niet gaat. Die jongen ziet daar vanaf, laat hem klarinet spelen.' Ik dacht: 'Nu komen we ergens!' Doorgezet dus, waarop moeder heeft gezegd: 'Trekt uw plan met uw zoon.' Ieder instrument heeft zijn mooie kanten, maar klarinet was en blijft mijn absolute favoriet. Hoor ik ergens een solo voor klarinet... En toch, toch ben ik heel eclectisch. Ik kan thuis luisteren naar Bach, Vivaldi, geroerd zijn. Maar ik kan ook luisteren naar muziek uit de sixties, seventies, eighties..."

"Ik heb jaren 15, 16 uur per dag gewerkt. Ik was bij de luchtmacht, gaf 20 uur les aan de Muziekacademie en dirigeerde drie harmonies. Nooit was ik thuis. Ik kwam om middernacht, halfeen de woonkamer binnen en stond om zeven uur op om naar de luchtmacht te gaan. Twintig jaar heb ik dat volgehouden. Natuurlijk ging dat ten koste van mijn kinderen. 'Heb je daar geen spijt van?', vragen mensen me wel eens. Neen. Je kan niet alles willen. En mijn kinderen zijn nooit iets tekort gekomen. Niets beklaag ik me. Moest het te herdoen zijn, ik zou alles krek hetzelfde doen. Hoewel, misschien zou ik nog langer gestudeerd hebben. In muziek kan je dat namelijk eeuwig doen, studeren. Maar ik had niet genoeg tijd. Daarom ben ik vier jaar geleden opnieuw beginnen te studeren aan de Academie van Grimbergen: orkestratie, harmonisatie en compositie."

Will Tura
Achter elke gepassioneerde man staat een sterke vrouw. "Wie zo druk bezig is als ik, moet een sterk persoon achter zich hebben. Zonder voorbehoud. Anders hou je het niet vol. Moet ik ergens naartoe, dan weet dat alles klaarligt. Piekfijn, op de juiste plaats. Léontine weet alles van mijn afspraken, waar ik zit. Wat gaat nog volgen, vraagt u. Ik heb enkele weken geleden Will Tura zien optreden in het Casino van Oostende. Formidabel, die energie. Ik zou willen dat ik op mijn 72ste nog zal zijn zoals hij is. Tweeënhalf uur op scène, met daartussen slechts 15 minuten pauze. Chapeau!"

Met Will Tura - "Groot artiest, bescheiden man - is een van de vele namen gevallen die samen met Toots, begeleid door De Ster, voor een mooi eindejaarsconcert heeft gezorgd. "Voor dat concert tracht ik altijd iemand te vinden met een beetje stem. De twee beste die hier hebben opgetreden, zijn Sandra Kim en Ann Van den Broeck. Die laatste heeft geen grote naam, maar wat voor een stem! Toen ze Once upon a time inzette, wist ik niet meer waar ik het had. Veel plezier hebben we ook gehad van Margriet Hermans, of nog Liliane Saint-Pierre. En dit jaar komt Sofie. Een stem die top is in België, maar miskend. Vlaanderen en België mogen fier zijn op hun muzikanten. Maar erkenning? Toots Thielemans en Jacques Brel zijn eerst naar het buitenland moeten gaan om hier voor vol aanzien te worden."

"Zelf ben ik al lang gestopt als muzikant, omdat het steeds onderweg zijn me een beetje te veel werd. Ze zochten bij de Muziekkapel op dat moment een secretaris, als enige tweetalige paste ik in het plaatje. Ik dirigeerde toen al een tijd. Dat ik niet meer kon oefenen, was dodelijk. Een instrument is iets dat een mens toch twee, drie uur per dag moet onderhouden. Je gaat achteruit of vooruit. Vrienden van mij, dirigenten, vroegen me geregeld om voor hen te komen spelen. Ik ondervond toen dat ik niet veel meer bijbracht, die liefhebbers naast mij waren bijna even goed als ik. En dat voor een laureaat van het Conservatorium, die nog in de Munt heeft gespeeld. Dus ben ik ermee gestopt. Laat me nog doen waar ik goed in ben, neem een jongere die top is en laat me gerust. Ik weet waar ik goed in ben en ik weet waar ik niet goed in ben. En van dat laatste moet een mens afblijven."

Zucht van gelukzaligheid
Paul Schoovaerts is ook Everenaar in hart en nieren. "Vijftig jaar geleden kende iedereen iedereen. Dat is met verloop van tijd veranderd. Sterk veranderd. Met die hoge woonblokken is er veel van de oude geest verloren gegaan. Er zijn mensen van overal naar hier verhuisd. Die zitten op hun appartement, hebben geen enkel sociaal contact met het gemeentelijk weefsel, met het verenigingsleven. Niet met muziek, niet met toneel, met niets. Die gaan werken, boodschappen doen, gaan naar huis en trekken de voordeur achter zich dicht. En af en toe gaan ze nog eens terug naar hun roots. Dat voel je sterk aan het verenigingsleven, zelfs hier. Ik dirigeer ook in Humbeek, daar is het nog meer zoals vroeger. Ik ben een Brusselaar, tweetalig, maar voor de Vlaming die het Frans niet machtig is, is leven in Brussel niet fameus. In Vlaams-Brabant zeggen ze: 'Naar Brussel moeten wij niet gaan, ze verstaan ons niet. Wij gaan naar Leuven, Mechelen of Antwerpen...' En de kleine criminaliteit is een probleem. Niet de grote, die is niet erger of minder erg dan in andere grote steden. Wel de kleine, die maakt dat mensen op leeftijd 's avonds niet meer durven buitenkomen. Maar desondanks vind ik het Brussel nog steeds prachtig. Ik ben al vaak met mijn vrouw op vakantie naar het buitenland geweest. Mooi, interessant. Maar het is pas als ik over de Zavel of de Grote Markt kan struinen dat ik een zucht slaak van gelukzaligheid: hier voel ik mij thuis."

BDW in gesprek met ...

Brussel Deze Week ontmoet iedere week een interessante Brusselaar voor een boeiend gesprek.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Evere, Samenleving, BDW in gesprek met ...

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni