© Saskia Vanderstichele

Tweetalig onderwijs: 'Zwakke leerlingen worden beter'

Bettina Hubo
© Brussel Deze Week
01/05/2013
Piet Van de Craen, hoogleraar aan de VUB, raakt steeds meer overtuigd van de positieve gevolgen van meertalig onderwijs: de kinderen leren sneller een tweede taal, hun moedertaal lijdt er niet onder, en in het algemeen worden ze betere 'leerders', vooral in rekenen. "De kloof tussen zwakke en sterke leerlingen verkleint."

H et thema tweetalig onderwijs dook afgelopen week op in verschillende Brusselse fora. De Partij van de Arbeid lanceerde een campagne om politici en onderwijsnetten ervan te overtuigen om in alle Nederlandstalige en Franstalige scholen in Brussel met tweetalig onderwijs te beginnen. Ook op het leerkrachtenparlement, dat deze week voor het eerst door de Vlaamse Gemeenschapscommissie werd georganiseerd, kwam het onderwerp ter sprake. En de VUB had donderdag een studiedag voor leraren en schooldirecties in het vooruitzicht van het nieuwe decreet XXIII. Dat moet het voor secundaire scholen mogelijk maken om vanaf september 2014, een jaar later dan gepland, twintig procent van de lessen in een andere taal aan te bieden.

Op dit moment hebben Vlaamse scholen amper mogelijkheden om tweetalig onderwijs in te richten. Volgens de taalwetten van 1962-1963 is de onderwijstaal immers het Nederlands. De Franse Gemeenschap laat sinds 1998 nochtans wel immersie- of tweetalig onderwijs toe. Van de vorige Vlaamse onderwijsminister, Frank Vandenbroucke (SP.A), mochten negen secundaire scholen in Vlaanderen vanaf 2008 drie jaar experimenteren met CLIL, Content and Language Integrated Learning oftewel leerstof onderwijzen in een andere taal. Die proeftuinscholen gaven een beperkt aantal vakken in het Frans of het Engels. In Brussel liet Vandenbroucke die experimenten niet toe vanwege het grote aantal anderstaligen.

In Brussel bestaat vandaag dan ook alleen Stimob (Stimulerend meertalig onderwijs Brussel), een initiatief uit 2000 van professor Van de Craen en enkele scholen van het gemeenschapsonderwijs. Tien lagere scholen en een atheneum gebruiken de twee vrije uren om herhalingslessen in het Frans (of het Engels) te geven, met de CLIL-aanpak.

Maar vanaf volgend jaar zullen alle secundaire scholen, ook in Brussel, tot twintig procent van het lesprogramma in een andere taal kunnen aanbieden. Op voorwaarde dat ze parallel ook het gewone, Nederlandstalige traject aanbieden.

Voor het basisonderwijs verandert er dus niets. "Jammer," vindt Van de Craen. "Men begint beter bij het basisonderwijs, ik vermoed dat sommige politici nog altijd vrezen dat de kennis van het Nederlands erdoor wordt aangetast."

Volgens Van de Craen, die de tweetalige experimenten in Brussel van in het begin wetenschappelijk opvolgt, is duidelijk aangetoond dat dit niet het geval is. "De kinderen leren beter Frans, zonder dat het een negatief effect heeft op de kennis van hun moedertaal." Dit resultaat is er al vanaf twee uurtjes immersie. En het geldt voor alle leerlingen, ongeacht afkomst of intelligentie.

Organisatorische kwestie
De afgelopen jaren zijn ook de cognitieve resultaten van meertalig onderwijs zichtbaar geworden. "Ons eigen onderzoek en buitenlandse studies tonen aan dat CLIL-leerlingen betere scoren op rekenen en wiskunde. Het blijkt dat de breinen van leerlingen die leren in twee talen anders georganiseerd zijn dan die van eentalige leerlingen. Het vermoeden bestaat dat het ook beter lerende breinen zijn. Een gestimuleerd brein is er twee waard."

Van de Craen merkt dat vooral zwakke leerlingen het beter gaan doen. "De kloof met de sterke leerlingen wordt kleiner." En ook dyslectische kinderen zouden er baat bij hebben.

Tijdens het leerkrachtenparlement bleek een meerderheid van de aanwezige leerkrachten nochtans geen voorstander van tweetalig onderwijs te zijn. "Wordt er dan van ons verwacht dat we ook perfect Frans spreken? Dat is organisatorisch moeilijk haalbaar," zei een leerkracht.

Inderdaad, hoe organiseer je tweetalig onderwijs op praktisch vlak? Het nieuwe decreet geeft immers geen extra middelen voor CLIL.

Volgens Van de Craen is het een organisatorische kwestie die met wat goede wil van de schooldirecties kan opgelost worden. "Natuurlijk moeten de leerkrachten bijscholing krijgen en moet de lerarenopleiding op termijn hervormd worden." In uitwisseling met Franstalige leerkrachten gelooft hij niet. "De experimenten daarmee zijn tot nog toe nooit goed afgelopen."

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Samenleving

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni