'Meneer Van Cauwelaert, kom in Brussel wonen'

Christophe Degreef
© Brussel Deze Week
14/06/2012
In een opiniestuk vorige week op de website van Knack linkte de gerespecteerde opiniemaker Rik Van Cauwelaert de Brusselse samenlevingsproblemen aan een teveel aan Brusselse eigenheid. Dat probleem ontkennen doet BDW-redacteur Christophe Degreef niet; wel roept hij op om komaf te maken met fatalisme. "Je kunt niet zeggen dat Brussel de problemen niet aankan, en vervolgens zelf niets doen."

Geachte heer Van Cauwelaert,

U schetst in uw stuk een strenge waarheid over Brussel. De feiten zijn bekend: een jeugdwerkloosheid van dertig procent, veel armoede, pendelaars die 's avonds vlug de stad verlaten.

Deze analyse gebruikt u om de recente samenlevingsproblemen in Molenbeek te duiden, maar vooral om korte metten te maken met alle Brusselse eigenheid, die u parafraseert als 'Brussels nationalisme'. Heeft u daar reden toe? Jazeker. Is een Brusselgevoel daarom uit den boze? Neen. Sta me toe.

Het gaat niet goed met Brussel, daarover zijn we het dus eens. De stad kampt met de bekende problemen, en de politieke klasse reageert te traag op fenomenen die meer zijn dan samenlevingsproblemen alleen. Ik neem vaak na tien uur 's avonds de metro. Ik neem al even vaak geen portefeuille mee, uit voorzorg. Ik ben al vaak getuige geweest van misdrijven en ontoelaatbaar gedrag, bovengronds en ondergronds, gaande van het nafluiten van jongedames tot diefstallen en agressie. Je daarin mengen volstaat om zelf bedreigd te worden. Bovendien is de stad vuil, erg Franstalig, uitermate veeltalig (wat lang niet altijd fantastisch is) en is er een sterke pensée unique onder gegoede Brusselaars om alle kritiek van buitenaf op die fenomenen, hoewel eigenlijk vaak gedeeld, af te schieten. Zeker als de kritiek uit Vlaanderen komt. Maar wat te doen? Vluchten?

De verleiding is soms groot, meneer Van Cauwelaert. U schrijft dat Brussel de samenlevingsproblemen niet alleen aankan, en dat is juist, maar zou het voor u dan niet moediger zijn om uw Knack-lezers op te roepen om massaal in Brussel te investeren, ter ondersteuning? Om er te komen wonen bijvoorbeeld, of er regelmatig naartoe te gaan. Want zoals VRT-journaliste Nina Verhaeghe nog niet zo lang geleden schreef, na een zoveelste incident op het openbaar vervoer: "Wij zijn met meer." Zeer juist. Stel dat alle boze Knack-lezers, alle Vlamingen die Brussel de rug toegekeerd hebben, of die Brussel haten, eens wat assertiever zouden zijn en investeren in hun hoofdstad. Hun hoofdstad, jawel. Waarom kruipen zoveel Vlamingen weg als het moeilijk gaat in hun hoofdstad? Vecht verdomme terug. Zorg dat je aanwezig bent, demonstreer desnoods. Dwing af. Spreek mensen aan, in het Nederlands als het kan, in een andere taal als het moet. En ook: ondersteun toch een beetje alle mensen van goede wil die hier wonen, in plaats van hen altijd als blasé Dansaert af te schilderen, of als arm, of als Franstalig.

Het blijft een moeilijke relatie, Brussel en Vlaanderen, ik weet het. Maar Vlamingen zijn onwerelds. Afstandelijk, en vooral altijd prekend over hoe het zou moeten zijn.

Verstaat u me niet verkeerd. Ik ben niet een van die twintigers die de geschiedenis negeren en geen oog hebben voor de ingewikkelde regeling die Brussel geworden is, integendeel. Maar gun het Brusselse Vlamingen toch eens om hier te wonen, los van die ingewikkelde regelingen, in dat oord vol werklozen en vreemdelingen. Gun het hen om zich Brussels te voelen en zelfs wat 'nationalistisch' te zijn, en hen te laten aantonen hoe de ingenieuze Brusselse regeling in de praktijk moeilijk werkt. En als het 'Brusselse nationalisme' toch te taai is, dan is dat zo.

Deze stad is, of we dat nu leuk vinden of niet, in transitie. De wereld verandert sterk en, zoals uw hoofdredacteur Johan Van Overtveldt onlangs schreef, "voor diegenen die consequent en met de nodige zin voor initiatief en flexibiliteit meestappen in die dynamiek, ontrollen zich enorme opportuniteiten om welvaart en welzijn te verhogen." Denken we maar eens aan echte oplossingen voor deze stad, in plaats van het altijd alleen over het verval te hebben, over strijd. Zonder taboes, mét oog voor de geschiedenis en de gevoeligheden, maar ook voor het compromis dat Brussel altijd is en dat alle inwoners, de Brusselse Vlamingen inbegrepen, altijd zullen moeten aangaan in deze veranderende stad, waar iedereen dicht op elkaar zit.

Ben ik te jong om de toestand te begrijpen? Misschien. En toch, meneer Van Cauwelaert, ik moet nog een hele tijd mee. Ik ben erfgenaam. Middenin zit ik er, tezamen met zovele andere Brusselse Vlamingen, vreemdelingen, havelozen, uitschot, gesjeesde stadsinwoners, Franstaligen en iedereen die ik vergeet. Middenin, en toch moeten we er iets van maken. Elke dag. Graag hadden we daar wat meer hart onder de riem voor gekregen. Het volstaat niet te zeggen dat Brussel de problemen alleen niet de baas kan, en vervolgens zelf niets te doen.

Mocht het u niet interesseren, zeg het ons dan nu. Zeg ons dat het definitief en voor altijd naar de vaantjes is. U kunt het weten als gerespecteerde man van Knack. Maar dan, to the point: welke Vlaamse eigenheid wilt u voor Brussel? Die van een assertieve gemeenschap met oog voor verandering, of die van een vluchtende, misnoegde horde die het liefst een muur rond Brussel trekt? Laten we de stad voorttrekken, in een goed compromis, geen rot. Of is het te moeilijk om groots te zijn als volk, nu, en in de toekomst? Is het te moeilijk om naar buiten te kijken en de verandering niet alleen te zien, maar ook te omarmen? En zelfs te sturen. Want pas dan kan Brussel de problemen aan.

Christophe Degreef

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Opinie

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni